HERH. nach, zu, in & voegwoorden

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Programma t/m eind schooljaar

Grammatica:                                                                         Film:

- Voorzetsels met 3e en 4e naamval                         - Isi & Ozzy (tijd over) 

- Persoonlijk voornaamwoord 

- Trappen van vergelijking

- Vertaling van 'naar' en 'bij'

- Het werkwoord 'werden'

- Voegwoorden

- De voltooid tegenwoordige tijd

- W-vraagwoorden

HAVO

- P. 13/14/62: Voorzetsels 3e en 4e naamval

- P. 21/69: Persoonlijk voornaamwoord

- P. 81/82: Trappen van vergelijking

- P. 110: Vertaling van 'naar' en 'bij'

- P. 118: Het werkwoord 'werden'

- P. 140: Voegwoorden

- P. 131: De voltooid tegenwoordige tijd

- W-vraagwoorden (extra blad)

Belangrijk! Noteren!!

VWO

- P. 67: W-vraagwoorden

- P. 68: Voorzetsels 3e en 4e naamval

- P. 81: Persoonlijk voornaamwoord

- P. 60: Trappen van vergelijking

- P. 114: Vertaling van 'naar' en 'bij'

- P. 115: Het werkwoord 'werden'

- P. 128: Voegwoorden

- P. 104: De voltooid tegenwoordige tijd

Belangrijk! Noteren!!

naar & bij

naar en bij

- zu + 3e nv: personen, meestal ook dingen (plekken/gebouwen)

- nach: richting zonder lidwoord, aardrijkskundige namen zonder lidwoord

- in + 4e nv: aardrijkskundige namen met lidwoord

- bei + 3e nv: rust/toestand > waar?

- zu + 3 nv: beweging > waarheen/waarnaartoe?

voegwoorden & woordvolgorde

voegwoorden 

Je maakt onderscheid tussen twee soorten voegwoorden:

- nevenschikkend & onderschikkend (verbinden zinnen)

- en (und) & dat (dass)

- Bij nevenschikkend worden hoofdzin & hoofdzin verbonden

> Mein Vater fliegt und er fliegt nach Rom.

Bij onderschikkend worden hoofdzin & bijzin verbonden

> Ich hoffe, dass der Zug fährt.

woordvolgorde

Woordvolgorde zoals in het Nederlands

- Zin met één werkwoord in een bijzin.

> Ich weiß nicht, ob er heute kommt.

> Ik weet niet of hij vandaag komt.

Woordvolgorde anders als in het Nederlands (niet altijd)

- Zinnen met meerdere werkwoorden in een bijzin.

> Ich weiß nicht, ob er heute kommen kann.

> Ik weet niet of hij vandaag kan komen.

HAVO

Hoofdstuk 6

L1: 6, 7, 8 

L5: 11, 12 (af deze les)

+ alles nakijken & verbeteren

Extra oefenen?

L1: 9 & 10

L5: 13

VWO

Hoofdstuk 6

L2: 8 

L4: 7, 8 (af deze les)

+ alles nakijken & verbeteren

HAVO

Huiswerk voor de volgende les

L1: 6, 7, 8 

L5: 11, 12 

+ alles nakijken & verbeteren

VWO

Huiswerk voor de volgende les

L2: 8 

L4: 7, 8 

+ alles nakijken & verbeteren