REPASO P2 EVALUACIÓN SUMATIVA

 La rutina diaria
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 La rutina diaria

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Les inhoud
Filmpje
opdracht 1: klokkijken 
opdracht 2: rooster tijd aflezen
Luistervaardigheid: 10 liedjes fragmenten
Quiz

Hoy
  1. Revisión de temas 1-6   Overzicht van onderwerpen 1-6
  2. Práctica guiada  
     Begeleide oefening
3. Práctica independente
    Onafhankelijke oefening
4. Evaluación 
    formatieve beoordeling

Slide 3 - Tekstslide

Objetivos (leerdoelen)
Al finalizar la clase podré...
 Aan het einde van de les kan ik...
  • Repasar rutinas diarias, deportes y pasatiempos/ Beoordeel de dagelijkse routines, sport en hobby's
  • Identificar pronombres reflexivos en oraciones./Identificeer wederkerende voornaamwoorden in zinnen.
  • Escribir oraciones usando el presente indicativo y gerundio. /Scrijf zinnen met de tegenwoordigetij en gerundio.

Slide 4 - Tekstslide

Auto-corrección
timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

ducharse
peinarse
vestirse
irse a la escuela
desayunar
almorzar
hacer los deberes
dormirse
despertarse

Slide 6 - Sleepvraag


Yo ___ lavo la cara.
A
te
B
nos
C
se
D
me

Slide 7 - Quizvraag


Ella ____ despierta a las siete de la mañana.
A
te
B
nos
C
se
D
os

Slide 8 - Quizvraag


Nosotros ____ cepillamos los dientes.
A
nos
B
os
C
se
D
me

Slide 9 - Quizvraag


Ellas ___ peinan.
A
nos
B
se
C
me
D
te

Slide 10 - Quizvraag


Tú ___ acuestas a las diez de la noche.
A
nos
B
se
C
me
D
te

Slide 11 - Quizvraag

Yo ______ (dormir)
A
dormimos
B
duerme
C
duermo
D
duermes

Slide 12 - Quizvraag

Tú ______ (comer)
A
comemos
B
come
C
comen
D
como

Slide 13 - Quizvraag

Nosotros ______ (hacer) las tareas.
A
hacemos
B
hago
C
hacen
D
hace

Slide 14 - Quizvraag

Vosotros ______ (dormir).
A
duermen
B
dormís
C
duerme
D
duermo

Slide 15 - Quizvraag

Él ______ (desperatarse)
A
os despertáis
B
se despiertan
C
nos despertamos
D
se despierta

Slide 16 - Quizvraag

Ellos ______ (levantarse).
A
se levanta
B
se levantan
C
te levanta
D
os levantáis

Slide 17 - Quizvraag

e --> ie
Yo ___________ (preferir)* el helado de vainilla.

Slide 18 - Open vraag

e --> ie
Camila ___________ (empezar)* las clases a las ocho de la mañana.

Slide 19 - Open vraag

o --> ue
César ___________ (dormir)* temprano.

Slide 20 - Open vraag

o --> ue
Tú ___________ (encontrar)* un anillo.

Slide 21 - Open vraag

e --> i
Stefan y Xavier ___________ (pedir)* un zumo de naranja.

Slide 22 - Open vraag

Responde la pregunta:
Hoe laat word je wakker?

Slide 23 - Open vraag

Responde la pregunta:
Wat doe je na het avondeten?

Slide 24 - Open vraag

Responde la pregunta:
Wat doe je in de ochtend?

Slide 25 - Open vraag

Responde la pregunta:
Wat doe je graag in je vrije tijd?

Slide 26 - Open vraag

¿Cuál es el gerundio del verbo 'despertar'?
A
despertar
B
despertiendo
C
despertando
D
despierto

Slide 27 - Quizvraag

¿Cuál es el gerundio del verbo 'beber'?
A
bebando
B
bebiendo
C
bebendo
D
beber

Slide 28 - Quizvraag

¿Cuál es el gerundio del verbo 'salir'?
A
salen
B
salir
C
salando
D
saliendo

Slide 29 - Quizvraag

Escribe el gerundio del siguiente verbo: jugar

Slide 30 - Open vraag

Escribe el gerundio del siguiente verbo: hacer

Slide 31 - Open vraag

Escribe el gerundio del siguiente verbo: abrir

Slide 32 - Open vraag

Zij is aan het ontbijten.
A
Estoy almorzando.
B
Ella está desayunando.
C
Ellos están desayunando.
D
Él está cenando.

Slide 33 - Quizvraag

Ik ben aan het lezen.
A
Estoy escribiendo.
B
Está leyendo.
C
Estamos trabajando.
D
Estoy leyendo.

Slide 34 - Quizvraag

Traduce la siguiente oración al neerlandés: Nosotros estamos desayunando.

Slide 35 - Open vraag

Traduce la siguiente oración al neerlandés: Ella está viendo televisión.

Slide 36 - Open vraag


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 1 : Repasar rutinas diarias, deportes y pasatiempos/ Beoordeel de dagelijkse routines, sport en hobby's

110

Slide 37 - Poll


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 2 : Identificar pronombres reflexivos en oraciones./Identificeer wederkerende voornaamwoorden in zinnen.

110

Slide 38 - Poll


Beoordeel uw begrip van het onderwerp van vandaag op een schaal van 1 tot 10: 
Lesdoel 3: Escribir oraciones usando el presente indicativo y gerundio. /Scrijf zinnen met de tegenwoordigetij en gerundio.

110

Slide 39 - Poll

REPASO P2 EVALUACIÓN SUMATIVA

Slide 40 - Tekstslide