11.3 het oog

Lesplanning
Verloop komende weken (5 minuten)
Herhalen vorige les (10 minuten)
Uitleg basisstof 11.3 (20 minuten)
Oefenopdracht 1 t/m 3 (15 minuten)
Oefenen voortplanting met werkblad (20 minuten)
Afsluiting (10 minuten)
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lesplanning
Verloop komende weken (5 minuten)
Herhalen vorige les (10 minuten)
Uitleg basisstof 11.3 (20 minuten)
Oefenopdracht 1 t/m 3 (15 minuten)
Oefenen voortplanting met werkblad (20 minuten)
Afsluiting (10 minuten)

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik 

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen BS 11.2
Gezichtszintuig - Ligt in de ogen; zintuigcellen liggen op het netvlies en reageren op licht.

Gehoorzintuig - Ligt in de oren; zintuigcellen reageren op geluid.
Evenwichtszintuig - Ligt in de oren en reageert op zwaartekracht.
Tastzintuig - Tastknopjes liggen in de huid; reageren op lichte aanraking van de huid.
Drukzintuig - Ligt in de huid; zintuigcellen reageren op druk op de huid.
Koudezintuig - Zintuigcellen liggen in de huid; reageren op temperaturen lager dan 37°C.
Warmtezintuig - Zintuigcellen liggen in de huid; reageren op temperaturen hoger dan 35°C.
Pijnpunt / pijnzenuw - Vrije uitende van gevoelszenuw.
Reukzintuig - Zintuigcellen liggen in de neus; reageren op geur.
Smaakzintuig - Smaakknopjes liggen op de tong; rangeren op zoet, zuur, zout, bitter en umami. 



Slide 3 - Tekstslide

Vier leerlingen doen een uitspraak over de afbeelding.
- Anja zegt dat in die afbeelding een deel van de tong is getekend.
- Boris zegt dat in die afbeelding een deel van de huid is getekend.
- Caspar zegt dat P een smaakknopje aangeeft.
- Diane zegt dat P een tastknopje aangeeft.

Welke leerlingen hebben gelijk?
A
Boris en Caspar
B
Boris en Casper
C
Anja en Diane
D
Anja en Caspar

Slide 4 - Quizvraag

Waar bevindt zich het evenwichtszintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond

Slide 5 - Quizvraag

Waar bevinden de reukzintuigcellen en de reukharen zich?
A
Onderin de neusholte in het neusslijmvlies
B
Bovenin de neusholte in het neusslijmvlies

Slide 6 - Quizvraag

Welk deel van het oog zorgt voor de voeding van het oog?


Slide 7 - Open vraag

Je aait een hond.
Ontstaan er dan impulsen in het tastzintuig of in het drukzintuig van je hand? Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Open vraag

Basisstof 3: De ogen

Slide 9 - Tekstslide

Doelstelling
11.3.1 Je kunt de inwendige en uitwendige delen van een oog noemen met hun functies en kenmerken.


We kijken steeds vaker naar het beeldscherm van de telefoon of de computer. Je kunt hierdoor ‘computerogen’ krijgen. Je ogen worden eerder moe en raken geïrriteerd.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 15 - Tekstslide

ooglid
traanbuis
traanklier
wenkbrauw
wimper

Slide 16 - Sleepvraag

Lens
Iris
Netvlies
Zenuw
Vaatvlies
Glasachtig lichaam
Gele vlek
Blinde vlek
Oogspier
Harde oogvlies
Hoornvlies

Slide 17 - Sleepvraag

Welk onderdeel van het oog regelt hoeveel licht er in het oog komt?
A
Netvlies
B
Pupil
C
Hoornvlies
D
Lens

Slide 18 - Quizvraag

Welk onderdeel van je oog "maakt" tranen als je huilt?
A
Traanbuis
B
Traanpees
C
Levertraan
D
Traanklier

Slide 19 - Quizvraag

Welk nummer brengt voedingstoffen naar het oog?
A
1
B
4
C
3
D
2

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de functie van de oogzenuw?
A
Levert voedingsstoffen aan het oog
B
Hier gaat het licht als eerst doorheen
C
Zet licht prikkels om in impulsen
D
Geleid de impulsen naar de hersenen

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de functie van het harde oogvlies?
A
Levert voedingsstoffen aan het oog
B
Hier gaat het licht als eerst doorheen
C
Zet licht prikkels om in impulsen
D
Geleid de impulsen naar de hersenen

Slide 22 - Quizvraag

Met zintuigcellen in de gele vlek kun je het minst zien
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

De blinde vlek heeft zintuigcellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de functie van het vaatvlies?
A
Levert voedingsstoffen aan het oog
B
Hier gaat het licht als eerst doorheen
C
Zet licht prikkels om in impulsen
D
Geleid de impulsen naar de hersenen

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de functie van het netvlies?
A
Levert voedingsstoffen aan het oog
B
Hier gaat het licht als eerst doorheen
C
Zet licht prikkels om in impulsen
D
Geleid de impulsen naar de hersenen

Slide 26 - Quizvraag

Opdracht
Lezen zelfstandig basisstof 11.3 en opdracht 1 en 2 maken
Hoe lang? > 10 minuten
Hoe? > Zelfstandig
Hulp? > Nee
Klaar? > Beginnen aan werkblad voortplanting
timer
25:00

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk
DEELTOETS H2 EN H3 VRIJDAG NIET VERGETEN!!!!!!!

Maak opdracht 4, 6, 7, 8 thema 11.3 over het oog

Slide 28 - Tekstslide