Wij hebben het gehad over paragraaf 3.2, het leven in een industriestad.
Steeds meer mensen trokken van het platteland naar de stad toe om werk te zoeken bij fabrieken (urbanisatie).
Deze les hebben wij het over de werkomstandigheden van de arbeiders in de fabrieken.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Waarom deze les?
Wij hebben het gehad over paragraaf 3.2, het leven in een industriestad.
Steeds meer mensen trokken van het platteland naar de stad toe om werk te zoeken bij fabrieken (urbanisatie).
Deze les hebben wij het over de werkomstandigheden van de arbeiders in de fabrieken.
Slide 1 - Tekstslide
Hoofdvraag en lesdoelen
Hoofdvraag: Hoe probeerden de arbeiders hun levensomstandigheden te verbeteren?
Lesdoelen:
- Aan het einde van de les weten jullie wat vakbonden zijn.
- Aan het einde van de les kunnen jullie uitleggen welke ideeën de Liberalen en de Socialisten hebben.
Slide 2 - Tekstslide
Planning
- Uitleg
- Briefopdracht
- Zelfstandig werken
- Nabespreking
- Afsluiting
Slide 3 - Tekstslide
Hoofdstuk 3: op stoom
Paragraaf 3.3: De strijd van de arbeiders
Slide 4 - Tekstslide
Uitleg
- Als ik aan het woord ben, ben je stil.
- Heb je een vraag? Steek je vinger op.
Slide 5 - Tekstslide
Werken in de fabrieken
Hele slechte werkomstandigheden
Lange dagen, veel ongelukken en lage lonen
Kinderarbeid
Niet op komen dagen = ontslagen
Vakbonden
Vakbonden steunden de arbeiders
Slide 6 - Tekstslide
Twee politieke stromingen
Met ideeën over de arbeidersomstandigheden.
Liberalisme
Socialisme
Slide 7 - Tekstslide
Liberalen:
Vinden vrijheid het belangrijkst.
Ieder mens mag doen wat hij wilt zolang die zich aan de wet houdt.
Dan kunnen mensen beter hun kansen grijpen om rijk en gelukkig te worden.
Weinig overheidsbemoeienis met de economie zodat er meer vrijheid is.
Socialisten:
Vinden gelijkheid het belangrijkst.
Wilden betere werkomstandigheden voor de arbeiders.
Algemeen kiesrecht.
Wilden juist dat de overheid zich veel bemoeide met de economie om arme mensen te helpen.
Slide 8 - Tekstslide
Briefopdracht
Stel je voor, je bent een arbeider in de 19e eeuw en je bent lid van de vakbond. De werkomstandigheden bij de fabriek waar je werkt zijn erg slecht. Je wilt daarin verandering zien. Je besluit om een brief te schrijven naar de fabrieksbaas...
Je maakt deze opdracht alleen en in stilte.
Slide 9 - Tekstslide
Briefopdracht eisen
Aanhef naar de fabrieksbaas --> verzin een naam.
Geef aan wat het probleem is.
Schrijf specifiek 3dingen op die erg slecht zijn binnen de fabriek.
Schrijf 2dingen op waar je graag verandering in zou willen zien.
Geef daar 1 Liberalistisch argument voor en 1 Socialistisch argument.
Beschrijf wat je als vakbond gaat doen als er geen verandering komt.
Sluit de brief af met groeten.
TIP: Lees 3.3 (blz 48-49) in je leerboek als je er niet uit komt.
KLAAR? Ga alvast aan de slag met opdracht 2 t/m 6 van paragraaf 3.3.
timer
7:30
Slide 10 - Tekstslide
Zelfstandig werken
- Maken: opdracht 2 t/m 6
- Werkboek: bladzijde 91 & 92
- Leerboek: bladzijde 48 & 49
Slide 11 - Tekstslide
Nabespreking
- Welke ideeën hadden de Liberalen?
- Welke ideeën hadden de Socialisten?
- Wat zijn vakbonden?
Slide 12 - Tekstslide
Einde van de les
Slide 13 - Tekstslide
Benoem details van de werkomstandigheden van de arbeiders in de fabrieken.
Slide 14 - Open vraag
Wat deden de vakbonden?
Slide 15 - Open vraag
Liberalisten, waar denk je aan?
Slide 16 - Woordweb
Socialisten, waar denk je aan?
Slide 17 - Woordweb
Als je moet kiezen, welke politieke stroming vind jij beter?
A
Liberalisme, vrijheid all the way.
B
Socialisme, gelijkheid all the way.
Slide 18 - Quizvraag
Discussie
- Zet je microfoon aan.
- Wees respectvol tegenover elkaar.
Slide 19 - Tekstslide
Lesdoelencheck en afsluiting
- Hoe probeerden arbeiders hun levensomstandigheden te verbeteren?