wonen en huishouden 4.5-einde

Wat betekent dit wasetiket?
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Wat betekent dit wasetiket?

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 4 begeleiden bij textiel
inhoud les:
4.3 kledingadvies geven
4.5 de was doen
4.6 textiel en schoeisel onderhouden
4.7 integratie
quiz
huiswerk en volgende les

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt textiel reinigen en verzorgen.
  • Je kunt adviseren en instrueren over het reinigen en verzorgen van textiel, en stimuleert en activeert de zorgvrager om zo veel mogelijk zelf te doen.
  • Je bent erop gericht zo veel mogelijk aan de wensen en verwachtingen van de zorgvrager en naastbetrokkenen te voldoen.

Slide 3 - Tekstslide

4.3 kledingadviezen geven
functies van kleding en schoeisel:
  • bescherming tegen: het weer, beschadiging, gevaren
  • laten zien dat je bij een groep hoort (verzorgende in uniform)
  • uiterlijk aantrekkelijk maken

Slide 4 - Tekstslide

eisen aan kleding
  • isolerende werking
  • vocht opnemen
  • wasbaar of chemisch te reinigen
  • elastisch
  • geen gevaar voor de gezondheid

Slide 5 - Tekstslide

soorten kleding
  • ondergoed (goed wasbaar, elastisch, vocht op kunnen nemen)
  • bovenkleding
  • regenkleding
  • nachtkleding
  • werkkleding

Slide 6 - Tekstslide

waar let je op bij de oudere zorgvrager?

Slide 7 - Woordweb

Linnengoed
eisen: neemt vocht op, laat geen pluis achter en is goed wasbaar
(nu vaak katoen ipv linnen)

Slide 8 - Tekstslide

4.5 De was doen: vuil verwijderen
Hoe je wast ligt aan het soort vuil:
vuil oplosbaar in water>spoelen met water
vettig vuil>hoge wastemperatuur, voorwassen/voorbehandelen
eiwitvlekken (zoals urine, ontlasting, huidschilfers> enzymen in wasmiddel
kleurstofvlekken (gras, bloed, cosmetia)>bleken dmv perboraat in wasmiddel of chloorbleekmiddel
overige vlekken> speciale middelen

Slide 9 - Tekstslide

2 soorten wasmiddelen
1) zeepwasmiddel: van natuurlijke produkten. 
voordeel: minder huidirritaties, beter voor milieu.
nadeel: ontstaan van kalkzeep
2) synthetische wasmiddelen: chemisch
voordeel: waterontharder
vuil wordt verwijderd door wasactieve stof of detergent
detergent=zorgt ervoor dat het vuil wordt losgemaakt van het textiel

Slide 10 - Tekstslide

stoffen in wasmiddelen
  • enzymen> breken eiwitten af (tussen 30-15 graden)
  • bleekmiddel=perboraat> kleurstoffen (hoger dan 60 graden)
  • bleekactivator> bleek werkt dan vanaf 40 graden
  • optische witmiddelen
  • vezelbeschermer
  • waterkrachtversterker

Slide 11 - Tekstslide

wasmiddel
vloeibaar of vast
dosering: staat op de verpakking 
let op de hardheid van water (Dh=duitse hardheid, hoeveelheid kalk in water)

Slide 12 - Tekstslide

Onderhoudsmiddelen voor textiel
wasverzachter (niet in de zorg, teveel nadelen)
vlekkenverwijderaar: voor hardnekkige vlekken, kijk of het kledingstuk chemisch gereinigd mag worden)> lees goed hoe het gebruikt wordt.
zie ook vlekkentabel 4.5 zorgpad

Slide 13 - Tekstslide

Wasgoed
was voorbereiden:
altijd droog bewaren (ivm het "weer") 
volle trommel
schone en vieze was apart (ivm kruisbesmettingen


Slide 14 - Tekstslide

wasgoed sorteren
pas je aan aan de wensen van de zorgvrager!
lees het etiket
lichte en donkere was apart
heel vuile was apart
nieuw textiel 1e keer apart

Slide 15 - Tekstslide

wasgoed controleren
zakken legen
ritsen dicht
soms binnenste buiten
vlekken voorbehandelen
ect uitkloppen
grote stukken goed verspreiden in de trommel

Slide 16 - Tekstslide

Wasprogramma
Het wasproces of programmaverloop in de wasautomaat is als volgt:

Voorwas: de voorwas sla je over als het wasgoed niet al te vuil is.
Hoofdwas: hierbij wordt het vuil verwijderd.
Spoelen: het vuile sop wordt uit het wasgoed gespoeld.
Centrifugeren: hierdoor is het wasgoed eerder droog.



Slide 17 - Tekstslide

Wasapparatuur
lees zelfstandig door:
wasautomaten
centrifuge
handwas
drogen van de was
droger/droogtrommel
strijken

Slide 18 - Tekstslide

Omgaan met besmet wasgoed
bloed, sperma, vaginaal vocht, ontlasting kunnen ziektes overbrengen.
houd besmette was apart
meteen wassen: voorwas en hoofdwas, temperatuur zo hoog mogelijk, wasmiddel met bleek

Slide 19 - Tekstslide

Besmet wasgoed
werkwijze:
  • Je wast je handen voor het selecteren van de was.
  • Je trekt een overschort en handschoenen aan.
  • Je legt het besmette wasgoed nooit op de grond.
  • Na het wassen trek je jouw overschort uit en hangt het binnenstebuiten op.
  • Dan trek je je handschoenen uit en was je je handen.




Slide 20 - Tekstslide

Hoe wordt de was op stage geregeld?

Slide 21 - Open vraag

opdracht
Maak van hoofdstuk 4.5 alle opdrachten
Bespreek en vergelijk de antwoorden met elkaar
timer
10:00

Slide 22 - Tekstslide

Wat heb je tot nu toe geleerd over de was?

Slide 23 - Woordweb

4.6 textiel en schoeisel onderhouden
  • Je kunt een zorgvrager ondersteunen bij het onderhouden en herstellen van textiel en schoeisel.
  • Je bent erop gericht zo veel mogelijk aan de wensen en verwachtingen van de zorgvrager en naastbetrokkenen te voldoen.
  • Je kunt werken volgens richtlijnen, protocollen en voorschriften bij het onderhouden van textiel en schoeisel.

Slide 24 - Tekstslide

Herstelwerk aan kleding
naaigereedschap
naaimachine

Slide 25 - Tekstslide

Schoeisel
Schoenen dragen we om onze voeten te beschermen. Wanneer je stevige schoenen aanhebt, zul je het niet zo gauw merken als je op iets scherps trapt. Stevige schoenen geven ook steun.
Een stevige schoen:
is gemaakt van leer
sluit glad om de voet
heeft een goede pasvorm
heeft een lage hak
denk aan je eigen schoenen/ergonomie!






Slide 26 - Tekstslide

Opdracht in tweetallen
maak samen opdracht 4.7: integratie
timer
7:00

Slide 27 - Tekstslide

Hoe behandel je een eiwitvlek (zoals urine, huidschilfers)?
A
met wasmiddel,de enzymen verwijderen de vlekken
B
spoelen met koud water
C
vlekkenverwijderaar gebruiken
D
spoelen met warm water

Slide 28 - Quizvraag

Detergent is:
A
een enzym
B
wasactieve stof die zorgt dat het vuil wordt losgeweekt
C
ander woord voor perboraat
D
een bleekactivator

Slide 29 - Quizvraag

perboraat:
A
maakt vuil los uit textiel
B
maakt hard water zachter
C
bleekt kleurstoffen
D
breekt eiwitvlekken af

Slide 30 - Quizvraag

Een kledingstuk dat op 40 graden gewassen kan worden kan samen met een kledingstuk dat op 60 graden gewassen kan worden
Juist
onjuist

Slide 31 - Poll

de volgorde van omgaan met besmet wasgoed: handen wassen, schort en handschoenen aan, besmet goed op de grond, schort binnenste buiten uit, handschoenen uit, handen wassen
Juist
Onjuist

Slide 32 - Poll

Huiswerk
lees Hoofdstuk 1,2 en 4 door (gebruik lesson-up en zorgpad
schrijf vragen of onduidelijkheden op

volgende keer:
oefentoets
mogelijkheden om vragen te stellen

Slide 33 - Tekstslide

Hoe heb ik lesgegeven?
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll