1950-1953 Korea Oorlog Wie doet mee? VS, Noord-Korea, Zuid-Korea, SU, China.
1953: Stalin overlijdt, Chroesjtsjov volgt hem op in 1956. Chroesjtsjov wil af van de terreur die Stalin veroorzaakte.
1959: Staatsgreep Fidel Castro (Cuba)
1962: Cubacrisis. Kennedy (VS) en Chroesjtsjov (SU) spelen een grote rol hierin.
1955-1975: Vietnamoorlog tussen Noord- en Zuid Vietnam.
Slide 2 - Tekstslide
Stalin overlijdt (1953)
Chroesjtsjov (communist maar hangt meer Lenin aan) volgt op in 1956.
Hij wil afrekenen met de terreur van Stalin: destalinisatie. In een toespraak beschuldigde hij Stalin van massamoord.
Chroesjtsjov stelt kernraketten op Cuba op, nadat Fidel Castro om militaire bijstand vraagt.
Slide 3 - Tekstslide
Over Chroesjtsjov
'Chroesjtsjovs hervormingen leidden tot meer vrijheid, maar met zijn boerse gedrag, opvliegend karakter en ondoordachte beleid bracht hij de wereld op het randje van een nucleaire oorlog'
Perestrojka: economische hervormingen: 1. Staat gaat zich minder bemoeien met economie, meer initiatief van burgers toegestaan. 2. Ontwapening (meer geld voor economie).
Glasnost meer politieke vrijheid Democratischerbestuur, meer partijen toegestaan. Je mag je mening geven!
Slide 11 - Tekstslide
Waarom nu wél kritiek uiten?
Mensen durven nu wel kritiek te uiten, want:
Gorbatsjov heeft beloofd het Rode Leger niet meer in te zetten bij demonstraties.
Slide 12 - Tekstslide
Door de hervormingen van Gorbatsjov valt (onbedoeld) de SU en het Communisme uit elkaar:
meer openheid botst met de totalitaire dictatuur en meer economische vrijheid botst met de planeconomie.