Fase 3
Nu kijk je wat voor jou belangrijk is/was. Dit beeld kun je vormen door de volgende vragen te stellen:
• Kijk naar de context: Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen met elkaar samen?
• Wat is daarbij de invloed van de context als geheel?
• Wat betekent dat nu voor mij?
• Wat is dus het probleem/ de positieve ontdekking?
Fase 4
Kijkend naar je ontdekking(en) uit fase 3 bedenk je alternatieven. Dit zijn oplossingen of manieren om gebruik te maken van je ontdekking(en). Kies dan daar de meest ideale uit. Dit wordt een voornemen of leerwens, die probeer je uit en dat is fase 5. Voor een nieuwe reflectie is deze fase 5 ook meteen weer fase 1.