H9.2A
1 / 35
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 22 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 23 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
kleinste draaihoek?
A
45º
B
90º
C
180º
D
360º
Slide 24 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 25 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
symmetrie-assen
A
0
B
1
C
2
D
4
Slide 26 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
kleinste draaihoek?
A
36º
B
45º
C
60º
D
72º
Slide 27 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 28 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 29 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
kleinste draaihoek?
A
20º
B
22,5º
C
30º
D
45º
Slide 30 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch
Slide 31 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
symmetrie-assen
A
1
B
3
C
4
D
6
Slide 32 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
kleinste draaihoek?
A
45º
B
90º
C
180º
D
360º
Slide 33 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
symmetrie-assen
A
1
B
3
C
4
D
5
Slide 34 - Quizvraag
Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Slide 35 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
