9.3 deel 1 - Draaisymmetrie

9.3 deel 1
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

9.3 deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2
3
4
5

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2
3
4

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maken en nakijken:
blz. 217 som 23
blz. 218 som Test, 24, 25

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 8 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 9 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
A
45º
B
90º
C
180º
D
360º

Slide 10 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 11 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
A
0
B
1
C
2
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
A
36º
B
45º
C
60º
D
72º

Slide 13 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 14 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 15 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Het figuur is....
A
Lijnsymmetrisch
B
Draaisymmetrisch
C
Lijn- en draaisymmetrisch
D
Niet lijn- of draaisymmetrisch

Slide 16 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
A
1
B
3
C
4
D
6

Slide 17 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Wat is de
kleinste draaihoek?
A
45º
B
90º
C
180º
D
360º

Slide 18 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Geef het aantal
symmetrie-assen
A
1
B
3
C
4
D
5

Slide 19 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Ga verder met je huiswerk!
Maken en nakijken:
blz. 217 som 23
blz. 218 som Test, 24, 25
blz. 219 som 26, 27
blz. 220 som 29, 30

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies