H10 herhaling eerst paragrafen

Welkom 1MH2!
Welkom !
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom 1MH2!
Welkom !

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag en morgen
Herhaling en inoefen werken met formules

Vandaag terugblik naar
Je leert hoe je een formule korter schrijft
Je leert hoe je werkt met een formule
Je leert hoe je een vergelijking oplost



Slide 2 - Tekstslide

Formules korter schrijven
Schrijf korter. 
Gezamenlijk bespreken. Wie kan mij helpen? 

 7 + 3 x a = b
8 x (a + 5) = b
4 + 7a - 6 - 4a = b



Slide 3 - Tekstslide

Formules korter schrijven
Maak de opdracht eerst zelf in je schrift. Bespreek daarna de antwoorden met elkaar. Heb je een ander antwoord. Ga dan na welke de juiste is. 

Schrijf korter
 8 x a + 4 = b
4 x (6 + a) = b
-4a + 6 - 5c + 5a = b
5cd - 2a + 6cd + 6a = b


timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

formules korter schrijven
Een paar aandachtspunten:

Zie het als losse stukjes
De plus of min ervoor moet je meenemen
1a schrijf je als a & -1a schrijf je als -a
Kom je uit op 0a, dan schrijf je deze niet op

Slide 5 - Tekstslide

Formules gebruiken
Bereken de uitkomsten
Gezamenlijk bespreken. Wie kan mij helpen? 
Wat is y als x = 4

4x + 6 = y
y = 5(4 + x)


Slide 6 - Tekstslide

Formules gebruiken
Bereken de uitkomsten
Wat is y als x = 5

3x + 7 = y
y = 2(x + 3)


timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

Oplossen vergelijkingen
Wat is a?
Gezamenlijk bespreken. Wie kan mij helpen? 

15a + 95 = 140

Slide 8 - Tekstslide

Oplossen vergelijkingen
Wat is a?


11a + 13 = 57
22a + 16 = 104
84a + 78 = 750
timer
3:00

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
H1 van balansboekje

De eerste vijf min werken we in stilte.
Vragen beantwoord ik daarna. 
Weet je een vraag niet? 
Sla de vraag over en ga door met de volgende vraag
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Terugblik op de les

Je leert hoe je een formule korter schrijft
y = 3 x a + 6
y = 3a + 4ab - 4a - 6ab + 5

Je leert hoe je werkt met een formule

y = 3a + 21
Als ik zeg a = 4, wat is y dan?





Slide 11 - Tekstslide