Formatieve toets hfst 3 Aan het werk?

Even herhalen ..
hfst 3
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Even herhalen ..
hfst 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen geschoold en ongeschoold werk?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf drie redenen om te werken.

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen voltijd en deeltijd baan?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voltijdbaan is bij Albert Heijn 38 uur per week. Je verdient dan € 800,00 per maand. Schrijf de berekening op.

Hoeveel is het loon per week?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voltijdbaan is bij Jumbo 38 uur per week.
Je verdient dan € 190,00 per week.
Wat is je weekloon als je een deeltijdbaan van 12 uur per week hebt?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

 Juist of onjuist? Sleep het juiste antwoord naar de stelling
A
B
C
Een werknemer ontvangt loon
Het brutoloon is meer dan het nettoloon
Een voltijdbaan heb je als je 34 of meer uren per week werkt
Juist
Juist
Juist
Onjuist
Onjuist
Onjuist

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een werknemer en werkgever?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen de Arbowet en de arbeidstijdenwet?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is individueel of collectief geregeld?
Individueel
Collectief
een overeenkomst tussen werknemer en werkgever
staat dat de
 werknemer gedurende een aantal uren arbeid verricht in dienst van de  werkgever
cao
een reeks afspraken over de arbeidsvoorwaarden in een bedrijfstak
wordt afgesloten tussen
 organisaties van werkgevers aan de ene kant en organisaties van  werknemers (vakbonden) aan de andere kant

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bepaalde tijd
Onbepaalde tijd
Tijdelijk
Vast
einddatum afgesproken
geen einddatum afgesproken

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent flexibel werken?
A
Vaste baan
B
Werken als je baas oproept
C
Op verschillende tijden inzetbaar
D
Op verschillende plekken inzetbaar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Proeftijd
Opzegtermijn
Begint aan nieuwe baan
Weg gaat bij je baan
Afgesproken periode, maximaal twee maanden
maximaal 3 maanden
zowel de werkgever als de werknemer de arbeidsovereenkomst op ieder moment  kunnen opzeggen.
zowel de werkgever als de werknemer moet na aanvraag van zijn ontslag of het gekregen ontslag nog moet werken.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Linde (15 jaar) heeft een baantje in een snackbar. Zij werkt op vrijdagavond van 18.00 uur tot 20.00 uur en op zaterdag van 9.00 uur tot 16.00 uur. Bekijk het overzicht met regels uit de Arbeidstijdenwet.

Zijn de werktijden van Linde toegestaan volgens de Arbeidstijdenwet? Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Brutoloon is lager dan nettoloon
A
Juist
B
Onjuist
C
Soms
D
dat kun je zo niet zeggen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk loon krijg je op je bankrekening gestort?
A
brutoloon
B
nettoloon

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I: Brutoloon is het geld wat je uiteindelijk krijgt.

II: Nettoloon is het geld waar alle sociale premies en belasting af zijn gehaald.
A
Beide zijn juist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
1 is juist, 2 is onjuist
D
Beide zijn onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De arbeidsmarkt is ......
A
de vraag naar arbeid
B
de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeid
C
het aanbod van arbeid
D
een markt waar je naar toe kan

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

UWV
A
Het UWV controleert bedrijven
B
Het UWV let er op dat er veilige en gezonde arbeidsomstandigheden zijn
C
Het UWV kijkt of je recht hebt op een uitkering.
D
De UWV helpt je met het zoeken van een nieuwe baan.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

geschoold werk
ongeschoold werk

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsmarkt
Werknemer
Werkgever
Aanbod
Vraag
Beroepsbevolking
Werkgelegenheid

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie zijn vragers van arbeid?
A
overheid
B
commerciële bedrijven
C
niet-commerciële bedrijven
D
alle drie de antwoorden zijn juist

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een taak van UWV?
A
ontslag geven
B
proeftijd
C
opzegtermijn
D
uitkering geven

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is werkgelegenheid?
A
Geheel van vraag naar arbeid en aanbod van arbeid
B
Als het aanbod van arbeid groter is dan de vraag
C
aanbod van arbeid van de beroepsbevolking
D
bestaat uit alle arbeidsplaatsen bij bedrijven en de overheid

Slide 24 - Quizvraag

A = arbeidsmarkt
B = werkloosheid
C= beroepsbevolking
D = werkgelegenheid