Plaats van de bevalling en bevallingsassistentie

Plaats van de bevalling 

bevallings
assistentie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Module orientatie kraamzorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Plaats van de bevalling 

bevallings
assistentie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het Latijnse/medische woord voor 'bevalling'?
A
malaise
B
morbus
C
palpatie
D
partus

Slide 3 - Quizvraag

malaise = onwel voelen
palpatie = betasten
morbus = ziekte
Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kunt je de verschillende opties voor de plaats van bevalling in Nederland benoemen.
  • De voor en nadelen van de verschillende locaties van bevallen benoemen
  • Aan het einde van de les kun je de verschillen tussen 1, 2 en 3 lijn uitleggen.
  • Aan het einde van de les kunt je uitleggen hoe de zorg wordt overgedragen aan de jeugdverpleegkundige na de bevalling.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op welke plaatsen kan er bevallen worden?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel baby's zijn er in 2022 geboren in Nederland?
A
166.991
B
243.982
C
78.901
D
301.349

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Thuisbevalling
  • Bevalling die plaatsvindt in het huis van de zwangere vrouw.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verplaatste thuisbevalling of poliklinische bevalling
  • Bevalling die plaatsvindt in het ziekenhuis zonder medische reden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klinische bevalling
  • Bevalling in het ziekenhuis  met medische indicatie.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevalling in het geboortecentrum
  • Plaats waar bevallingen plaatsvinden waarbij geen complicaties worden verwacht.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1e lijns verloskunde


  • Verloskundigen praktijk.
  • Geschikt voor de gezonde zwangere.
  • Verzekering in basispakket.
  • Mogelijkheid om thuis te bevallen.
  • Met kraamverzorgende 


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2e lijns verloskunde

  • Onder behandeling van een    gynaecoloog / klinische verloskundige
  • Medische indicatie noodzakelijk.
  • Bevallen in een ziekenhuis.
  • Premature zorg vanaf 32 / 34 wkn

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3e lijns verloskunde


  • Ziekenhuis met een NICU
  • Hoog risico slechte start kind door evt afwijking
  • Na bevalling direct operatie pasgeborene

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevallingsassistentie/partusassistentie
  • Hulp geboden door een kraamverzorgende tijdens de bevalling.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervroegde inzet partusassistentie (VIP)
  • Hulp geboden door een kraamverzorgende in de aanloop naar de bevalling.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Overdracht naar de jeugdverpleegkundige
  • Eindresultaten kraamzorg in het Lip
  • Overdracht van zorg aan de jeugdverpleegkundige na de bevalling tot 4 jaar.
  • Taak JGZ verpleegkundige

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
Maak  met een groepje van 4 een overzicht  van voor en nadelen van thuis of in het ziekenhuis bevallen.

Sla dit op in een word document en deel dit met elkaar.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In debat

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kunt je de verschillende opties voor de plaats van bevalling in Nederland benoemen.
  • De voor en nadelen van de verschillende locaties van bevallen benoemen
  • Aan het einde van de les kun je de verschillen tussen 1, 2 en 3 lijn uitleggen.
  • Aan het einde van de les kunt je uitleggen hoe de zorg wordt overgedragen aan de jeugdverpleegkundige na de bevalling.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 25 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.