6.3 Gedrag beschrijven

Thema 6 Waarneming en gedrag
6.3 Gedrag beschrijven
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 6 Waarneming en gedrag
6.3 Gedrag beschrijven

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt toelichten wat gedrag is en hoe gedrag is ingedeeld.
  • Je kunt omschrijven wat ethologie inhoudt, hoe je gedrag kunt bestuderen en de invloed van gedragsonderzoek op de maatschappij toelichten.

Slide 2 - Tekstslide

Ethologie
De tak van de biologie waarbij de studie van het gedrag van dieren centraal staat.

Gedrag = alle waarneembare activiteiten van een dier of mens.

Slide 3 - Tekstslide

Waarom?
  1. Welke functie heeft gedrag in de natuur?
  2. Wat is de directe aanleiding voor gedrag?
  3. Hoe ontstaat gedrag tijdens de ontwikkeling van een dier?
  4. Hoe verandert gedrag in de loop van de evolutie?


Slide 4 - Tekstslide

Daarom!
  1. Succesvol gedrag leidt tot overleving, groei en voortplanting
  2. Gedrag ontstaat als reactie op inwendige en uitwendige prikkels
  3. Succesvol gedrag wordt geleerd door: inprenting, gewenning, imitatie, oefening, operant- en klassiek conditioneren en inzicht.
  4. Thema 4 havo4

Slide 5 - Tekstslide

Adequaat gedrag
De overlevingskansen en fitness van een dier worden vergroot wanneer het gedrag goed is aangepast aan de (milieu)omstandigheden..

Slide 6 - Tekstslide

Gedragselementen
Prikkel -> zintuigcellen (receptoren) -> impulsen via neuronen (conductoren) -> centrale zenuwstelsel -> verwerking = respons (reactie van effector; spier of klier)


Gedragssysteem: handelingen met een gemeenschappelijk doel
Gedragsketen: het effect van de ene handeling leidt tot een volgende handeling

Slide 7 - Tekstslide

Voortplantingsgedrag
Vechten, nestbouw, balts en broedzorg

Afhankelijk van:
  • Fase in de voortplantingscyclus (temperatuur = uitwendig, hormonen = inwendig)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Bestuderen (van gedrag)
Objectief: feitelijke waarnemingen 

Subjectief: bevat een interpretatie

Antropomorfisme: toekennen van meningen / menselijke gevoelens / bewustzijn / motivatie / interpretaties aan organismen zonder bewijs


Slide 10 - Tekstslide

Bestuderen (van gedrag)
Echt objectief: rond voorwerp, ingedeukt aan de bovenzijde. Rood van kleur met groene stippen van 2 mm doorsnede, etc.

Objectief: afbeelding van een appel

Subjectief: appel

Antropomorfisme: Deze appel toont met zijn kleur aan dat hij opgegeten wil worden, zodat zijn zaden verspreid worden.




Slide 11 - Tekstslide

Ethogram: objectieve beschrijving van de verschillende handelingen die bij een diersoort voor kunnen komen

Slide 12 - Tekstslide

Protocol 

Een protocol is een lijst van de achtereenvolgens waargenomen handelingen van het dier.

Wat wil je onderzoeken?
  • Hoe vaak
  • Hoe lang
  • In welke volgorde (gedragsketen)

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen behaald??
  • Je kunt toelichten wat gedrag is en hoe gedrag is ingedeeld.
  • Je kunt omschrijven wat ethologie inhoudt, hoe je gedrag kunt bestuderen en de invloed van gedragsonderzoek op de maatschappij toelichten.

Slide 14 - Tekstslide

Het huiswerk
Bestudeer blz. 82 t/m 85
Maken + nakijken opdr. 23 t/m 28

Slide 15 - Tekstslide