Year 1 4-4

• Engels
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welcome back!

Order of the day

Lesson goals

Unit 5.4

Aan het eind van deze les kun je zeggen dat...

1. Je de past tense kan herkennen en kunt gebruiken

2. Dat je de belangrijke informatie uit verschillende soorten teksten kunt halen

3. Je woordjes en zinnen kent die over het menselijk lichaam gaan

Verwachtingen

1. Je luistert naar mij

2. Als ik aan het woord ben, zijn jullie stil

3. Als ik je de beurt geef mag je praten en is de rest stil

4. Je werkt volgens mijn instructies en bent niet te luidruchtig, ook als je samen mag werken.

5. Als je niet werkt zoals ik verwacht zijn er maatregelen (Van plaats wisselen, eruitsturen etc.) 

Past Tense

Past Simple

.

 Wanneer gebruik je de Past Simple?

- Hoe maak je de Past Simple?

- Hoe kan je de Past Simple herkennen?

Past Simple

PAST SIMPLE

Past simple: -ed of -d

Om de past simple te maken voeg je -ed toe aan het werkwoord.

talk     -    talked

play    -    played

Let op, eindigt het werkwoord op 'e', dan voeg je alleen -d toe:

use     -    used

bake  -    baked

Grammar: past simple

1. Regelmatige werkwoorden krijgen in de past simple -ed erachter. 

Let wel op de spellingsregels:

Hele ww	Regel	Voorbeeld
to walk	+ -ed	I walk ed
to carr y	y > ie	you carr ied
to ste p	Kort, 1 klinker = Medeklinker x2	she ste pp ed
to live	+ -d	they live d

Uitzonderingen past simple -ed 

Exercises

1. We visit

2. They like

3.  You carry

4. He stops

5. You change

6. We enjoy

7. She uses

Exercises

• 1. We visited
• 2. They liked
• 3.  You carried
• 4. He stopped
• 5. You changed
• 6. We enjoyed
• 7. She used

Now do excc. 7, 8 and 9

Done early? Do excc. 10-12