Week 9

English
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

English

Slide 1 - Tekstslide

To Do:

  • Lesson 1: Theme 2I + 2J
  • Lesson 2:  Oefentoets Theme 1 + 2
  • Lesson 3:  Bespreken Oefentoets 

Slide 2 - Tekstslide

Aims

- Je weet welke grammatica-onderwerpen je moet kennen voor de toets.
- Je weet welke Stones je moet kennen voor de toets.
- Je kunt aanwijzingen en instructies begrijpen.
- Je kunt de hulpwerkwoorden (modals): should, must en have to gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Lesson 1

Slide 4 - Tekstslide

Previous Lessons
Theme 2A- 2B- 2C-2D-2E-(2F-2G)

You should have finished exercise 1-17 by now.

Slide 5 - Tekstslide

Test Theme 1 + 2
Theme 1 Grammar +Stones:
- korte ja/nee-antwoorden
-voorzetsels van tijd (in-on-at)
- toekomende tijd (will-be going to-)
-Stone 1 + Stone 2  ( Engels naar Nederlands)

Theme 2 Grammar + Stones
-voorzetsels van beweging
-hulpwerkwoorden (should-must-have to)
-Stone 3 + Stone 4 (Engels naar Nederlands)

Slide 6 - Tekstslide

Theme 2I: Speaking & Writing
Stone 4 on p. 26 (text book)




Slide 7 - Tekstslide

Theme 2J: Grammar-Modals
  • should (not)+ hele werkwoord: advies geven of iets afraden
You should bring a protective suit. 
You shouldn't eat too many crisps.

  • must: iets moet (niet) + hele werkwoord  => krachtiger dan should.
You must wear special goggles.
You mustn't buy that game. It's boring.

  • has to/ have to + hele werkwoord: zekerheid, noodzaak, verplichting uit te drukken
This has to be Jason's jumper. (zekerheid)
I have to go now, or I'll be late. (noodzaak)
You have to wear a school uniform. (verplichting)

! don't have to / doesn't have to => niet hoeven/geen verplichting.  She doesn't have to wear a school uniform.

Slide 8 - Tekstslide

Grammar: Check
You _________ study hard if you want to pass the test.
You __________ eat healthy food.
I _____________ hand in the assignment or I will fail this subject.
She___________ wash the car, her brother will do that!

should (not) / must (not) / (don't/doesn't) have to

Slide 9 - Tekstslide

Theme 2I+J: Stones + Grammar
Wat: Exercise 21: vertaal de zinnen. Gebruik Stone 4.
           Exercise 22: zet de woordenn in de juiste volgorde. Vertaal daarna de zinnen.
           Exercise 23: maak het gesprek af. Gebruik de aanwijzingen tussen haakjes en stone 4.
           Exercise 25:  vul de juiste hulpwerkwoorden in. Soms moet je ook 'not' gebruiken.
           Exercise 26: vul de juiste hulpwerkwoorden in. Soms moet je ook 'not'gebruiken.

Hoe: zelfstandig

Uitkomst: we gaan exercise 21-22-23- 25-26 de volgende les nakijken. 
                      
Klaar: Leer voor de Toets ( Theme 1 & Theme 2: Grammar + Stones)
timer
20:00

Slide 10 - Tekstslide

Recap
  •  Begrijp je aanwijzingen en instructies in het Engels.
  •  Weet je wanneer je de modal verbs: should - must - have to gebruikt?

Slide 11 - Tekstslide

Homework
  • Finish exercise 21-22-23-25-26 on p. 40-44
  • Study the Grammar 1-5 & Stones 1-4.


Slide 12 - Tekstslide

Lesson 2

Slide 13 - Tekstslide

Previous Lesson
Theme 2I & 2J
Exercise 21-22-23-25-26

Slide 14 - Tekstslide

Mock Test Theme 1 & 2
Wat: maak de oefentoets (opdracht 1-8).

Hoe: zelfstandig.

Klaar: leer voor de toets (Slim Stampen).

Uitkomst: we gaan de oefentoets de volgende les nakijken en bespreken.

timer
40:00

Slide 15 - Tekstslide

Recap
  • Welke grammatica-onderwerpen komen terug op de toets?
  • Welke grammatica-onderwerpen vind jij nog lastig? 

Slide 16 - Tekstslide

Lesson 3

Slide 17 - Tekstslide

Previous Lesson
  • Mock Test Theme 1 & Theme 2





Slide 18 - Tekstslide

Slim Stampen
Oefen de grammatica + stones die jij nog lastig vindt.

Slide 19 - Tekstslide

Recap
  • Welke grammatica-onderwerpen komen terug op de toets?
  • Welke grammatica-onderwerpen vind jij nog lastig? 
  • Kun je de Stones vertalen van het Engels naar het Nederlands?

Slide 20 - Tekstslide

Homework
Theme 1 Grammar +Stones:
- korte ja/nee-antwoorden p. 11
-voorzetsels van tijd (in-on-at) p.11
- toekomende tijd (will-be going to-) p.15
-Stone 1 + Stone 2 + Stone 3 ( Engels naar Nederlands) p.10 + p.14

Theme 2 Grammar + Stones
-voorzetsels van beweging p.23
-hulpwerkwoorden (should-must-have to) p.27
-Stone 4 + Stone 5 (Engels naar Nederlands) p. 22 + p.26



Slide 21 - Tekstslide