In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Tekstslide
Basisemoties: herken je ze?
Slide 4 - Tekstslide
Oplossing
woede
angst
walging
verrassing
geluk
verdriet
Slide 5 - Tekstslide
Basisemoties: kenmerken
- universeel
- aangeboren
- heel herkenbaar
Slide 6 - Tekstslide
Hoe ontstaan emoties?
Duowerk:
Lees beide casusvoorbeelden door
Wat zijn de componenten van een emotie?
Maximum 5 minuten
Slide 7 - Tekstslide
Tweecomponententheorie
- Stanley Schachter & Jerome Singer
- componenten:
algemene opwinding
cognitieve interpretatie
Slide 8 - Tekstslide
De functies van emoties
3 expertgroepen: per functie een groep
Wat betekent de functie precies?
Welke voorbeelden vinden jullie uit jullie eigen leven?
Maximum 6 minuten voorbereiding
Voorstelling voor de hele klas
Slide 9 - Tekstslide
Basisemoties zijn volgens Ekman...
A
de belangrijkste emoties.
B
biologisch bepaald.
C
die emoties waarvan de expressies intercultureel zijn.
D
blij, boos, bang en verdrietig.
Slide 10 - Quizvraag
Welke emoties vormen de zes basisemoties?
Sleep deze emoties naar dit vak.
Woede
Verliefd
Angst
Walging
Wild
Verrassing
Verdriet
Jaloers
Geluk
Schaamte
Schuld
Agressie
Slide 11 - Sleepvraag
Welke emotie speelde geen hoofdpersonage in de film 'Inside Out'?
Slide 12 - Open vraag
Basisemoties hebben drie kenmerken. Ze zijn universeel en aangeboren. Wat is het derde kenmerk?
Slide 13 - Open vraag
Een emotie wordt gevormd door 2 componenten:
A
zintuiglijke prikkel en
bijhorende reactie.
B
oorzaak en gevolg.
C
algemene opwinding en gedachten over de oorzaak.
D
algemene opwinding en gedrag.
Slide 14 - Quizvraag
Fientje is een vijfjarige kleuter. Ze ligt in haar bedje en slaapt. Plots schrikt ze wakker omdat ze een spook heeft gezien. Welke functie heeft hier haar angst?
A
Waarschuwingsfunctie
B
Aanpassingsfunctie
C
Communicatieve functie
Slide 15 - Quizvraag
Fientje ziet haar ouders in de woonkamer. Al snikkend en snotterend valt ze in vaders armen. Welke functie heeft hier haar angst?