Tegel 9
1 / 16
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
In de vorige les heb je geleerd dat de bloedsomloop (het stromen van je bloed door je lichaam) ervoor zorgt dat alle voedingsstoffen op de juiste plekken in het lichaam terecht komen.
Ook elektriciteit moet verspreid worden, zodat we dit kunnen gebruiken waar we het nodig hebben. Net zoals bij de bloedsomloop, maar de elektriciteit ook als het ware een rondje. Op het moment dat het niet in een rondje beweegt, werkt het ook niet.
Slide 3 - Tekstslide
https://schooltv.nl/video/wat-is-elektriciteit-wat-is-elektrische-energie-en-hoe-kun-je-het-meten/
Kijkvraag:
Hoe kun je aangeven hoeveel elektrische lading er rond stroomt?
Een stroomkring moet gesloten zijn. Op het moment dat de stroomkring open is, wordt er geen stroom verplaatst.
De hoeveelheid elektrische lading die per seconde door de draden stroomt wordt gemeten met een stroommeter en dat meten we in ampère, vandaar de naam “ampèremeter”
Slide 4 - Tekstslide
Rond het jaar 1800 werd elektriciteit gebruikt om dingen te laten bewegen. Dat gebeurde destijds alleen om mensen te vermaken, maar het was nog niet toegankelijk voor iedereen om het te gebruiken.
Rond 1880 werd in de Verenigde Staten de gloeilamp uitgevonden. Een gloeilamp geeft licht doordat er elektrische stroom door een klein gloeidraadje loopt.
In ons land kwam de eerste elektriciteitscentrale in 1886 bij het dorp Kinderdijk, niet ver van Rotterdam. Deze centrale werkte op stoom en was eigenlijk een grote stoommachine. Wist je dat het nog helemaal niet lang geleden is dat we in Nederland stroom kregen? Pas 135 jaar.
Slide 5 - Tekstslide
https://quiz.ntr.nl/quiz/245/start
Hoeveel dingen zijn vereist om een lamp te laten branden?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk ding is niet essentieel om een lamp te laten branden?
A
lampenkap
B
draad
C
batterij
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat levert de batterij zodat de lamp gaat branden?
A
kracht
B
licht
C
energie
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar of niet waar? De draad vervoert de energie van de lamp naar de batterij.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Brandt de lamp als de stroomkring open of dicht is?
A
open
B
dicht
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Heeft stroom die van de batterij naar de lamp loopt wel of geen energie?
A
wel
B
geen
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar of niet waar? De lamp blijft het doen als het draadje los is.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat doet een schakelaar met de stroomkring?
A
die maakt de stroomkring open of dicht
B
die laat de stroom de andere kant op gaan
C
die zorgt voor feller en minder fel licht
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe werkt een schakelaar?
A
die schakelt de batterij aan en uit
B
die maakt het draadje los en vast
C
die koppelt de lamp aan en af
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar of niet waar? Er is per se een schakelaar nodig om het lampje te laten branden.
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
.
