7.1 Wat is de Europese Unie? (deel 2) en start 7.2

7.1 Wat is de Europese Unie? (deel 2) en start 7.2
Meneer mr. B.J.M. Horsch

Pagina 201
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

7.1 Wat is de Europese Unie? (deel 2) en start 7.2
Meneer mr. B.J.M. Horsch

Pagina 201

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  1. Leerdoelen
  2. Bespreken HW
  3. Uitleg 7.2
  4. Oefenen
  5. Terugblik leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na afloop van deze les ken/kan ik ...
  1. ... uitleggen wat uitvoer is
  2. ... uitleggen wat invoer is
  3. ... uitleggen wat een invoerrecht is
  4. ... het verschil uitleggen tussen de Europese Unie en de Eurozone
  5. ... wisselkoers berekenen

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 6
  • C      16 miljoen : 495 miljoen × 100% = 3,2 %

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 7
  • a) BENELUX, EGKS (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal), EEG (Europese Economische Gemeenschap).
  • b) Na Wereldoorlog II. In feite werden er al in 1944 afspraken gemaakt door de regeringen die te Londen in ballingschap zaten.
  • c) Economische samenwerking: handelsafspraken, gezamenlijke munt. Samenwerking aan de grenzen: geen grenscontrole tussen (sommige) EU-landen. Samenwerking op het gebied van sociaal beleid: als EU-inwoner kun je overal werken binnen de EU.

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 8
  • A) uitvoer
  • B) invoer
  • C) uitvoer

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 10
  • a) Nederland drijft het meeste handel met Duitsland.
  • b) Export: er wordt meer uitgevoerd naar Duitsland dan dat er wordt ingevoerd.
  • c) Uit Ierland wordt meer ingevoerd dan ernaar wordt uitgevoerd.
  • d) Iers rundvlees, Ierse muziek (o.a. U2). De belangrijkste importproducten uit Ierland zijn machines en vervoermaterieel.

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 11
  • Beide. De olie wordt ingevoerd, opgeslagen in de tanks, en daarna uitgevoerd naar andere landen. 

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 12
  • C

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 13
  1. handel
  2. Invoerrechten
  3. EU
  4. consumenten

Slide 10 - Tekstslide

Waarom invoeren?
  1. Prijs van producten in buitenland is lager
  2. Betere kwaliteit
  3. Sommige grondstoffen zitten bij ons niet in de grond
  4. Sommige groenten en fruit groeien niet in het eigen land

Slide 11 - Tekstslide

Invoerrechten
  • = Belasting die aan de grens moet worden beaald door degene die het product invoert (importbelasting)

Slide 12 - Tekstslide

Europa, Europese Unie en Eurozone
  • Europa = een werelddeel
  • Europese Unie = een samenwerkingsverband tussen 28 Europese landen
  • Eurozone = 17 landen in de Europese Unie die de euro als betaalmiddel hebben.

Slide 13 - Tekstslide

Wisselkoersberekeningen
Niet elk land in de wereld heeft de euro. Je zult dus soms andere betaalmiddelen (valuta) moeten kopen.

Stel € 1 staat gelijk aan $ 1,12. Hoeveel euro is dan $ 1?

Slide 14 - Tekstslide

Oefenen
  1. Maken opdracht 1,2 en 5 pagina 228
  2. Klaar? Doe iets voor jezelf!
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd?

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen
Na afloop van deze les ken/kan ik ...
  1. ... uitleggen wat uitvoer is
  2. ... uitleggen wat invoer is
  3. ... uitleggen wat een invoerrecht is
  4. ... het verschil uitleggen tussen de Europese Unie en de Eurozone
  5. ... wisselkoers berekenen

Slide 17 - Tekstslide