7.2 Wat doet de Europese Unie?

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

begrippen 
lezen en maken

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

0

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Europese Unie in 2020
Nu zijn er

Slide 18 - Tekstslide

EU = Europese Unie:
  • gemeenschappelijke regels (harmonisatie  -->  eerlijke concurrentie)
  • vrijhandel (de EU heeft een interne markt)

Vrij verkeer van:
  • goederen  en diensten (vrijhandel)
  • personen (je mag in elk EU land wonen, werken en studeren)
  • kapitaal (je kunt geld op een rekening in een ander EU-land zetten)

Slide 19 - Tekstslide

EMU = donker blauw
EU= kleur

Slide 20 - Tekstslide

Afmaken opdrachten H7p1

Slide 21 - Tekstslide

Juist of onjuist?
De landen waar je met de euro kunt betalen, vormen samen de eurozone.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Welk voordeel hebben wij door het gebruik van de euro?
A
Alles is nu goedkoper.
B
We hoeven geen geld te wisselen als we binnen de EMU op vakantie gaan.
C
Je kunt nu in alle landen met de PIN betalen.
D
Nederland kan nu beter met alle landen handelen.

Slide 23 - Quizvraag

Europese Unie
Buiten de Europese Unie
Groot Brittanië
Nederland
paspoort
geen wisselkoers
vrij verkeer van mensen
eurozone
Wisselkoers
euro

Slide 24 - Sleepvraag

wat is GEEN voorbeeld van protectie?
A
contingentering (deze niet kiezen)
B
uitvoerrechten
C
exportsubsidie
D
invoerrechten

Slide 25 - Quizvraag

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je een online een computer in de VS koopt
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
je betaalt geen invoerrechten

Slide 26 - Quizvraag

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je kleding bij een bedrijf in Italië koopt?
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 27 - Quizvraag

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je speelgoed in China bestelt
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de eurozone?
A
Alle landen in Europa
B
Alle landen in de Europese Unie
C
Alle landen die betalen met de euro
D
Nederland, België en Luxemburg

Slide 29 - Quizvraag

Hoeveel landen hadden in 2002 de euro als betaalmiddel?
A
10
B
12
C
15
D
20

Slide 30 - Quizvraag

Waarom hebben nog niet alle landen in Europa de euro?
A
Er zijn niet genoeg euro's
B
Ze willen liever hun eigen munt houden
C
Ze voldoen niet aan de eisen
D
Er zijn te veel landen

Slide 31 - Quizvraag

Wanneer kwam Nederland bij de eurozone
A
Nederland zit niet in de eurozone
B
januari 2002
C
december 2002
D
januari 2012

Slide 32 - Quizvraag

Europese Unie
invoerrechten
protectie
vrijhandel
eurozone
Aantal landen van de Europese Unie die de euro als munteenheid hebben
je mag pruducten in- en uitvoeren zonder invoerrechten te betalen
maatregelen om bedrijven in eigen land te beschermen tegen concurrentie uit andere landen
Belasting die je aan de grens betaalt als je producten invoert
groep Europese landen die vooral op economischgebied samenwerken

Slide 33 - Sleepvraag

Welke land is geen lid van de EU
A
Nederland
B
Zwitserland
C
Ierland
D
Oostenrijk

Slide 34 - Quizvraag

Heb je een paspoort nodig om binnen de EU te reizen?
A
Ja
B
Nee

Slide 35 - Quizvraag

Wat is goedkoper voor Nederlandse bedrijven?
A
Handelen met een bedrijf in Italië, omdat je dan geen invoerrechten betaalt
B
Handelen met een bedrijf in de VS
C
Maakt niet uit. Het is allebei even duur

Slide 36 - Quizvraag

Wanneer werd de euro ingevoerd?



A
In 1999
B
De contante euro in 1999 en de elektronische in 2002
C
Zowel de elektronische als contante euro in 2002
D
De elektronische euro op 1 januari 1999 en de contante op 1 januari 2002

Slide 37 - Quizvraag

De nieuwe eurobankbiljetten hebben meerdere echtheidskenmerken. Wie wordt er als onderdeel hiervan afgebeeld?
A
Beethoven (componist van de muziek bij de Europese hymne “Ode aan de vreugde”)
B
Jean-Claude Trichet (voormalig president van de ECB)
C
Europa (figuur uit de Griekse mythologie)
D
Asterix (personage uit de bekende Franse stripserie)

Slide 38 - Quizvraag