Hoofdstuk 2 Burgers en stoommachines

We starten met een korte herhaling van 2.1 & 2.2 .

Wat weet jij nog van: ..........
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1,2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

We starten met een korte herhaling van 2.1 & 2.2 .

Wat weet jij nog van: ..........

Slide 1 - Tekstslide

Onder welke omstandigheden moesten de arbeiders werken in de fabrieken?

Slide 2 - Woordweb

Wat gebeurt er als een arbeider gaat klagen over de werkomstandigheden?

Slide 3 - Open vraag

In welke eeuw was de Tijd van Burgers en Stoommachines?
A
17e eeuw
B
18e eeuw
C
19e eeuw
D
20e eeuw

Slide 4 - Quizvraag

Welk samenlevingstype ontstaat in de tijd van burgers en stoommachines?
A
De autarkische samenleving
B
De industriële samenleving
C
De landbouwstedelijke samenleving
D
Samenleving van jagers en verzamelaars

Slide 5 - Quizvraag

In welk land begon de industriële revolutie?
A
Belgie
B
Nederland
C
Engeland
D
Amerika

Slide 6 - Quizvraag

In welke beroepen begon de Industriële Revolutie?

A
Handel en Nijverheid
B
Handel en Landbouw
C
Landbouw en textiel
D
Textiel en handel

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent "Industriële Revolutie"?
A
verandering in de manier van denken
B
verandering van manier om met werknemers om te gaan
C
verandering van de manier van produceren
D
grote verandering in korte tijd

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een van de belangrijkste uitvindingen in de industriële revolutie?
A
stoommachine
B
ploeg
C
straatverlichting
D
dienstensector

Slide 9 - Quizvraag

Welke sector ontstaat door de komst van de industrialisatie?
A
landbouwsector
B
industriesector
C
informele sector
D
dienstensector

Slide 10 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding ->

Welk begrip past het beste
bij deze afbeelding?
A
industrialisatie
B
huisnijverheid
C
beleggers
D
dienstensector

Slide 11 - Quizvraag

Wat was er bijzonder aan het jaar 1848?

Slide 12 - Open vraag

Wie was Thorbecke?

Slide 13 - Open vraag

Vanaf welk jaar mochten alle mannen stemmen
A
1919
B
1848
C
1917
D
1921

Slide 14 - Quizvraag

Vanaf welk jaar mochten alle vrouwen stemmen
A
1919
B
1848
C
1917
D
1921

Slide 15 - Quizvraag

Wat is passief kiesrecht?
A
Recht om te kiezen
B
Recht om gekozen te worden
C
Recht om te stemmen
D
Bestaat niet

Slide 16 - Quizvraag

Wat gebeurde er met de macht van de koning in 1848
A
Werd groter
B
Bleef hetzelfde
C
Werd kleiner

Slide 17 - Quizvraag

Welke koning had te maken met de grondwetwijziging in 1848
A
Willem I
B
Willem III
C
Willem II
D
Phillips I

Slide 18 - Quizvraag

Paragraaf 2.3 Politiek en samenleving

Les 1

Slide 19 - Tekstslide

De sociale kwestie

Slide 20 - Tekstslide

Onder de rook van de fabriek

Slide 21 - Tekstslide

Woonomstandigheden


Slide 22 - Tekstslide

Kinderarbeid

Slide 23 - Tekstslide

Arme gezinnen in een arbeidershuisje bij de fabriek

Slide 24 - Tekstslide

Kinderarbeid

Slide 25 - Tekstslide

Kinderarbeid

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

De eerste sociale wetten
Door de parlementaire enquête wordt duidelijk dat de politiek moet ingrijpen. 

Slide 28 - Tekstslide

Kinderwetje Van Houten

Wet waarbij het verboden werd om kinderen tot 12 jaar te laten werken in de fabrieken en werkplaatsen. De kinderen mochten wel in de landbouw werken

Kinderarbeid verdwijnt pas echt als in  1901 de leerplicht wordt ingevoerd

Slide 29 - Tekstslide

Socialisten streven naar gelijkheid
  • Opkomen arbeiders
  • Streefden naar gelijkheid 
  • Fabrieksarbeiders door fabriekseigenaren uitgebuit. arbeidersklasse tegenover bezittende klasse

Slide 30 - Tekstslide

Twee soorten socialisten
  • Door gewelddadige opstand de macht wil grijpen
  • Sociaaldemocraten die gekozen willen worden
  • Door middel van wetten

Slide 31 - Tekstslide

Veranderingen in het onderwijs
  • Godsdienstvrijheid
  • Maar christenen moesten hun eigen scholen betalen.
  • Confessionelen -> katholieken en protestanten wilden geld voor christelijke scholen (schoolstrijd)


Slide 32 - Tekstslide

Eerste politieke partij

Abraham Kuyper richtte de eerste politieke partij op -> ARP

Samen met de katholieken hadden zij vanaf 1901 de meerderheid in het parlement

Slide 33 - Tekstslide

De positie van vrouwen
  • 19e eeuw: vrouwen veel minder rechten dan mannen
  • Vanaf 1870 -> Verzet
  • Emancipatie 
  • Feministen
  • Onderwijs voor vrouwen
  • Kiesrecht voor vrouwen

Slide 34 - Tekstslide