17-01-23 circulatiestelsel 2B

Het hart en vaatstelsel
Zorgpad: hoofdstuk 6
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het hart en vaatstelsel
Zorgpad: hoofdstuk 6

Slide 1 - Tekstslide

Maar eerst ...
Wat weten we nog van vorige week??

Slide 2 - Tekstslide

Waar of niet waar
De hersenen is een orgaan dat superior gepositioneerd is.

Slide 3 - Tekstslide

Waar of niet waar
De hersenen is een orgaan dat superior gepositioneerd is.

Slide 4 - Tekstslide

Waar of niet waar
Op de afbeelding zie je de 
sagitale doorsnede

Slide 5 - Tekstslide

Waar of niet waar
Op de afbeelding zie je de 
sagitale doorsnede

Slide 6 - Tekstslide

Waar of niet waar
Alle cellen met een celkern bevatten 23 paar chromosomen.

Slide 7 - Tekstslide

Waar of niet waar
Alle cellen met een celkern bevatten 23 paar chromosomen.

Slide 8 - Tekstslide

Waar of niet waar
Op de afbeelding zie je een spiercel

Slide 9 - Tekstslide

Waar of niet waar
Op de afbeelding zie je een spiercel

Slide 10 - Tekstslide

Waar of niet waar
Bij elke 'gewone' celdeling worden de chromosomen exact gekopieerd. Dit noemen we meiose.

Slide 11 - Tekstslide

Waar of niet waar
Bij elke 'gewone' celdeling worden de chromosomen exact gekopieerd. Dit noemen we meiose.

Slide 12 - Tekstslide

Waar of niet waar
Zenuwcellen kunnen zich niet delen

Slide 13 - Tekstslide

Waar of niet waar
Zenuwcellen kunnen zich niet delen

Slide 14 - Tekstslide

Waar of niet waar
Meerdere cellen die een bepaalde functie uitvoeren noemen we een orgaan

Slide 15 - Tekstslide

Waar of niet waar
Meerdere cellen die een bepaalde functie uitvoeren noemen we een orgaan

Slide 16 - Tekstslide

Waar of niet waar
Een organisme bestaat uit meerdere orgaanstelsels

Slide 17 - Tekstslide

Waar of niet waar
Een organisme bestaat uit meerdere orgaanstelsels

Slide 18 - Tekstslide

Het hart en vaatstelsel
Zorgpad: hoofdstuk 6

Slide 19 - Tekstslide

3

Slide 20 - Video

00:12
Wat is de gemiddelde hartslag van een volwassen 'gezond' persoon?
A
40 - 60
B
60 - 100
C
100 - 140
D
140 - 200

Slide 21 - Quizvraag

00:56
Hoe heet de plek waar dit elektrische stroompje ontstaat?

Slide 22 - Open vraag

01:39
Wat is de functie van deze hartkleppen?

Slide 23 - Open vraag

Ligging van het hart 
  • Grote holle spier
  • Bevindt zich in de borstkas (thorax)
  • 4-5 liter bloed per minuut in rust
  • De hartpunt = apex 

Slide 24 - Tekstslide

Bouw van het hart 
Hartruimtes: twee boezems (atria)
en twee kamers (ventrikels)

Slagaders: lichaamsslagader 
(aorta) en longslagader

Aders: holle aders en longaders

4 hartkleppen





Slide 25 - Tekstslide

De hartwand 
  • De binnenbekleding van het hart (endocard):
  • Het hartspierweefsel (myocard)
  • Het hartzakje (pericard)

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Bloedvaten
Een volwassene met een gemiddelde lichaamsbouw heeft ongeveer 5 liter bloed. Ons lichaam heeft een uitgebreid vaatstelsel om dit bloed te vervoeren. 

Er zijn 3 soorten bloedvaten: 
  • slagaders (arteriën)
  • aders (venen)
  • haarvaten (capillairen)

Slide 29 - Tekstslide

Slagaders
  • Bloed van het hart -> naar de organen 
  • Hoge druk
  • Elastische gespierde wand
(Arterie)

Slide 30 - Tekstslide

Aders
  • bloed vanaf de organen -> naar het hart
  • Lagere druk  
  • Tegen de zwaartekracht in -> klepjes
(Vene)

Slide 31 - Tekstslide

Haarvaten
  • Dunne wand -> Makkelijke stofwisseling
  • Haarvatennet -> in of op elk orgaan
(capillairen)

Slide 32 - Tekstslide

Poortaders
De poortader verbindt de maag, dunnedarm en dikkedarm met de lever. Alle verteerde voedingsstoffen die vanuit het spijsverteringsstelsel in het bloed terecht komen worden via de poortader eerst richting de lever vervoerd. Via de leverader komen de opgenomen voedingsstoffen pas in de bloedcirculatie terecht. De poortader is zuurstofarm maar bevat regelmatig veel voedingsstoffen.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Prikkelgeleiding
  • De elektrische prikkels ontstaan in de sinusknoop in de rechterboezem. 
  • Na samentrekking van de boezems komen de prikkels samen bij de AV-knoop. 
  • Via de Bundel van HIS worden de prikkels doorgegeven aan de kamers welke vervolgens ook samentrekken.  

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Controle van het hart 

Slide 37 - Tekstslide

Observatie van de circulatie
Als verpleegkundige/verzorgende kan je de circulatie van je zorgvrager op verschillende manieren controleren: 
  • Tensie controle
  • pols voelen 
  • Capillary refil
  • Saturatie

Slide 38 - Tekstslide

Hart- en vaatziekten
  • Hart- en vaatziekten zijn één van de meest voorkomende ziekten in Nederland
  • Bij vrouwen doodsoorzaak nummer 1
  • Bij mannen doodsoorzaak nummer 2 

Slide 39 - Tekstslide

Oorzaken hart- en vaatziekten
  • Hoge bloeddruk 
  • Hoog cholesterol
  • Roken 
  • Overgewicht 
  • Diabetes 
  • Stress
  • Erfelijkheid 
  • Fijnstof 

Slide 40 - Tekstslide

Preventie hart- en vaatziekten
Bij de preventie van hart- en vaatziekten spelen leefstijladviezen een belangrijke rol. 

Opdracht: 
Maak een poster/flyer met daarop de oorzaken, gevolgen en leefstijladviezen van één van de oorzaken van hart- en vaatziekten.

Slide 41 - Tekstslide

Het hart pompt zuurstofrijk bloed in de:
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Holle ader

Slide 42 - Quizvraag

Wat is nummer 1?
A
Rechter boezem
B
Rechter kamer
C
Linker boezem
D
Linker kamer

Slide 43 - Quizvraag

Beide holle aderen vervoeren ...
A
Zuurstofarm bloed
B
Zuurstof rijk bloed

Slide 44 - Quizvraag

Welke bloedvaten hebben de sterkste vaatwanden?
A
De capillairen
B
De venen
C
De aterie

Slide 45 - Quizvraag

Wat is de latijnse naam voor het hartzakje?
A
Pericard
B
Myocard

Slide 46 - Quizvraag

Wat is nummer 2?
A
Rechter boezem
B
Rechter kamer
C
Linker boezem
D
Linker kamer

Slide 47 - Quizvraag

Het hart is een zeer sterke pomp, hij pompt ... liter bloed rond per minuut.
A
3 tot 4 liter
B
4 tot 5 liter
C
5 tot 6 liter
D
6 tot 7 liter

Slide 48 - Quizvraag

De wanden van haarvaten zijn zo dun dat het bloed gemakkelijk opgenomen kan worden door een orgaan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 49 - Quizvraag

Welk deel van het hart is het meest gespierd?
A
Boezems
B
Kamers

Slide 50 - Quizvraag

Wat is een belangrijk kenmerk van haarvaten?
A
ze hebben dunne half doorlaatbare wanden
B
vervoeren het bloed naar het hart toe
C
ze hebben dikke wanden
D
ze hebben kleppen

Slide 51 - Quizvraag

Geef vanochtend een cijfer:
-110

Slide 52 - Poll