7.4 Energieverbruik

7.4 Energieverbruik
Deze doen we in 4 lessen.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

7.4 Energieverbruik
Deze doen we in 4 lessen.

Slide 1 - Tekstslide

Verschil spanning en stroom
Spanning
Stroom
Wat is het?
kracht verplaatsen van de elektrische lading door draad
hoeveelheid elektrische lading tussen twee punten
Eenheid
Volt (V)
Ampère (A)

Slide 2 - Tekstslide

Schakeling
Schakelschema
Symbolen

Slide 3 - Tekstslide

Serie schakeling

Slide 4 - Tekstslide

Parallel schakeling

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
Ik kan rekenen met behulp van de 5 stappenmethode
Ik kan het vermogen uitrekenen met  de formule P = U x I
Ik kan het energiegebruik uitrekenen met de formule E = P x t
Ik kan uitrekenen wat het gebruik van elektrische energie kost.

Slide 6 - Tekstslide

Vermogen
Hoeveelheid elektrische energie die een apparaat per seconde gebruikt.

Eenheid : Watt (W)

Slide 7 - Tekstslide

Grootheden en eenheden
Grootheid
Symbool
Eenheid
Afkorting
vermogen
P
Watt
W
spanning
U
Volt
V
stroomsterkte
I
Ampère
A

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het symbool van vermogen?
A
V
B
P
C
W
D
I

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de eenheid van spanning?
A
Watt
B
Volt
C
Ampère

Slide 10 - Quizvraag

Opdrachten maken
Opdrachten 1 t/m 6
Blz. 171 + 172

Slide 11 - Tekstslide

Formule
Vermogen = spanning x stroomsterkte

P = U x I

Slide 12 - Tekstslide

Stappenplan
1. gegeven
2. gevraagd
3. formule
4. berekening
5. antwoord

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld
Je gebruikt een strijkijzer en sluit hem aan op 230 V.
Je meet de stroomsterkte door het apparaat, die is 2 A.
Bereken het vermogen van de strijkijzer.

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld
Een koffiezetapparaat heeft een vermogen van 700 W.
Wat is de stroomsterkte door het apparaat als je koffie zet?

Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten maken
Opdrachten 7 t/m 11
Blz. 172 + 173

Slide 16 - Tekstslide

Energieverbruik
hangt af van: tijd en vermogen

Eenheid: kilowattuur (kWh)

Slide 17 - Tekstslide

Formule
Energiegebruik = vermogen x tijd

E = P x t

Slide 18 - Tekstslide

Stappenplan
1. gegeven
2. gevraagd
3. formule
4. berekening
5. antwoord

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld
Het vermogen is van een tv is 50 W. 
De televisie staat 8 uur aan.
Bereken hoeveel het energiegebruik van de tv is. 

Slide 20 - Tekstslide

Opdrachten maken
Opdrachten 12 t/m 20
Blz. 173 - 175

Slide 21 - Tekstslide

Energiekosten

Formule:
Energiekosten = energiegebruik x kWh-prijs

Slide 22 - Tekstslide

Voorbeeld
Een ledlamp van 12 W gebruikt in een jaar 16 kWh energie.
Bereken de energiekosten.      1 kWh kost € 0,22

Slide 23 - Tekstslide

Opdrachten maken
Opdrachten 21 t/m 26
Blz. 175 + 176

Slide 24 - Tekstslide