Welke bloeddeeltjes zijn er? En wat is hun taak/functie?
Slide 3 - Tekstslide
Rode bloedcellen - zuurstof vervoeren
Witte bloedcellen - ziekteverwekkers doden
Bloedplaatjes - helpt bij bloedstolling na wondje
Slide 4 - Tekstslide
Welke 3 soorten bloedvaten zijn er?
Slide 5 - Tekstslide
Slagader - dikke wand, bloed stroomt snel - bloed stoomt van het hart af
Ader - dunne wand, bloed stroomt heel langzaam - bevat kleppen - bloed stroomt naar het hart toe
Haarvat - hele dunne wand, bloed stroomt langzaam - bloed stroomt in het orgaan
Slide 6 - Tekstslide
Hoe loopt de bloedsomloop? Wat is de route van de kleine- en grote bloedsomloop?
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat zijn de namen van de bloedvaten?
Slide 9 - Tekstslide
Slagaders - zijn genoemd naar de organen waar het bloed naartoe stroomt (naar nieren = nierslagader / naar longen = longslagader) - de grootste slagader heet aorta
Aders - zijn genoemd naar de organen waar het bloed vanaf stroomt (vanaf nieren = nierader / vanaf longen = longader) - grootste aders heten de holle aders
Slide 10 - Tekstslide
Hoe is het hart gebouwd?
Slide 11 - Tekstslide
Let op! Spiegelbeeld!!
Slide 12 - Tekstslide
Welke 4 uitscheidingsorganen zijn er?
Slide 13 - Tekstslide
Longen
Lever
Nieren
Huid
Slide 14 - Tekstslide
Hoe zijn de nieren gebouwd? Wat zijn de onderdelen van het uitscheidingstelsel?
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Wat doet je lever?
Slide 17 - Tekstslide
Je lever breekt giftige stoffen af, zoals medicijnen en alcohol
Je lever maakt gal > hulpstof bij vertering van vetten - gal wordt opgeslagen in de galblaas