2.1 - Ongelijkheid in Frankrijk

H2 - paragraaf 1
Ongelijkheid in Frankrijk
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H2 - paragraaf 1
Ongelijkheid in Frankrijk

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les
  • Ik kan de afbeelding die bij het tijdvak van de pruiken en revoluties hoort uitleggen
  • Ik kan wat vertellen over het leven van Lodewijk de 14e en Marie Antoinette op het paleis Versailles

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Ik kan uitleggen hoe een absolute koning regeert
  • Ik weet in welke drie standen Frankrijk was verdeeld
  • Ik kan uitleggen waarom de derde stand het zo zwaar had

Slide 3 - Tekstslide

Activiteiten
  • Uitleg
  • Filmpje
  • Aan het werk
  • Leerdoelen checken

Slide 4 - Tekstslide

NEE
JA
De directeur heeft alles voor het zeggen. 
Jullie mogen meebeslissen over wat er in de school gebeurt. 
Je woont op school zodat de directeur je goed in de gaten kan houden. 
Je bent vrij om je eigen beslissingen te nemen
Als je het niet redt wordt je niet gehopen. Het is je eigen probleem.
Je wordt geholpen als je dat nodig hebt. 

Slide 5 - Sleepvraag

Absolute koning

Een koning die in zijn land alle macht heeft. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Eerste stand
geestelijkheid 
de kerk
Tweede stand
adel
koning, prins, prinses, hertog, graaf. 
Derde stand
boeren en burgers (wonen en werken in de stad)

 
Alleen de derde stand moest belasting betalen. 

De boeren moesten ook nog voor de adel werken.  

Slide 8 - Tekstslide

1 Geestelijkheid
2 Adel
3 Boeren en burgers
Rijk
Rijk
arm
betalen bealsting
De drie standen

Slide 9 - Tekstslide

aan het werk
  • Maak blz 36 t/m 39

  • Klaar? Haal de stopopdracht bij de docent. Of maak keuzeopdracht A, B of C op blz. 56 tm 60. 
timer
10:00

Slide 10 - Tekstslide

wat is een absolute koning
A
Een koning die heel arm is.
B
Een koning die geen macht heeft.
C
Een koning die alle macht heeft.
D
Een koning die luistert naar het volk.

Slide 11 - Quizvraag

Eerste stand
Tweede stand
Derde stand
De geestelijken
de boeren
de burgers
De adel
de koning
een bisschop
de burgers
betalen belasting

Slide 12 - Sleepvraag

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Ik kan uitleggen hoe een absolute koning regeert
  • Ik weet in welke drie standen Frankrijk was verdeeld
  • Ik kan uitleggen waarom de derde stand het zo zwaar had

Slide 13 - Tekstslide