Paragraaf 4.3: Twee revoluties

Welk land sloot als eerste een vredesverdrag met Duitsland tijdens de Eerste Wereldoorlog?
A
Rusland
B
België
C
Frankrijk
D
Verenigd Koninkrijk
1 / 21
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welk land sloot als eerste een vredesverdrag met Duitsland tijdens de Eerste Wereldoorlog?
A
Rusland
B
België
C
Frankrijk
D
Verenigd Koninkrijk

Slide 1 - Quizvraag

Wat was de belangrijkste functie van de 'tsaar' in Rusland?
A
Hij was een adviesgever van de regering.
B
Hij was de absolute heerser van Rusland.
C
Hij was verantwoordelijk voor de belastinginning.
D
Hij was een militaire commandant.

Slide 2 - Quizvraag

Wat is het doel van het communisme?
A
Het streven naar een klasseloze maatschappij
B
Het behouden van de heerschappij van een elite
C
Het vergroten van economische verschillen
D
Het handhaven van sociale ongelijkheid

Slide 3 - Quizvraag

4.3: Twee revoluties
De Eerste Wereldoorlog verliep slecht voor Rusland. Demonstraties dwongen de tsaar af te treden. De voorlopige regering wist de rust niet te herstellen. Hierdoor konden de bolsjewieken, onder leiding van Lenin, tijdens de Oktoberrevolutie de macht grijpen.

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 4.3
4.3A: Je kunt benoemen wat de oorzaken en de gevolgen zijn van de Februarirevolutie in Rusland.
4.4B: Je kunt uitleggen welke oorzaken zorgden voor de tweede (oktober-)revolutie in Rusland, waarbij de bolsjewieken onder leiding van Lenin de macht grepen in Rusland.   


Slide 5 - Tekstslide

Onrust in Rusland
  • Na goed begin WOI, wordt Rusland steeds verder teruggedrongen
  • Voorraden gingen naar het leger, tekorten in steden
  • Demonstraties en stakingen in steden, leger steunt hen
4.3A

Slide 6 - Tekstslide

Februarirevolutie
  • Tsaar treed af, positie onhoudbaar
  • Arbeiders; sovjet van Petrograd heeft de macht
  • Liberale Doema neemt macht over, vormt Voorlopige Regering en zet oorlog voort
  • Steun brokkelt snel af ten koste van sovjets, waar bolsjewieken steeds meer macht krijgen

4.3A

Slide 7 - Tekstslide

Terugkeer Lenin
  • Communist in ballingschap in Zwitserland, Duitsland helpt hem met terugkeer en geld voor propaganda (chaos!)
  • Aprilstellingen: macht aan sovjets, grond voor boeren en vrede met Duitsland
  • Gelooft niet in spontane revolutie
4.3A

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Oktoberrevolutie
  • Steun Voorlopige Regering brokkelt af, leger deserteert
  • Lenin pleegt staatsgreep met bolsjewistische soldaten
  • Meerderheid in sovjets (raden) Petrograd en Moskou
  • Kritiek; geen revolutie van onderaf
  • Lenin: bolsjewisme = communisme

4.3A

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de reden dat steeds minder Russen de oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije steunen?

Slide 14 - Open vraag

De Doema bestaat voornamelijk uit liberalen. Zouden zij de meerderheid van het volk achter zich hebben, of juist niet? Verklaar je antwoord.

Slide 15 - Open vraag

Waarom zou Duitsland Lenin hebben geholpen zijn doel te bereiken?

Slide 16 - Open vraag

Waarom zou Lenin ervoor gekozen hebben een staatsgreep te plegen, en heeft hij niet gewacht tot het volk/de arbeiders de macht zouden grijpen?

Slide 17 - Open vraag

Wat zijn sovjets?
A
Ambtenaren van de tsaar
B
Adel van een bepaalde stad of regio
C
Een Russisch gerecht
D
Een term voor raden of arbeidersraden

Slide 18 - Quizvraag

Welke politieke stroming was het beste vertegenwoordigd in de Russische Doema voorafgaand aan de Russische Revolutie?
A
Socialisten
B
Communisten
C
Liberalen
D
Nationalisten

Slide 19 - Quizvraag

In welk land is Vladimir Lenin in ballingschap?
A
Frankrijk
B
Engeland
C
Zwitserland
D
Duitsland

Slide 20 - Quizvraag

Wat bedoelt Lenin met een 'revolutie van bovenaf'?
A
Een revolutie gestart door de arbeidersklasse.
B
Een revolutie gesteund door buitenlandse machten.
C
Een revolutie zonder leiderschap.
D
Een revolutie geleid door een kleine groep leiders.

Slide 21 - Quizvraag