Blaaskatheterisatie

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie redenen voor het katheteriseren

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Urineleider
Urinebuis

Ureter

Urethra

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is intermitterend katheteriseren?
A
Het legen van de blaas op regelmatige tijdstippen
B
Het legen van de blaas d.m.v. een blijvende katheter.
C
Om de dag katheteriseren en overige dagen normaal urineren

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het verschil tussen eenmalig katheteriseren van een man of vrouw zit hem in:
A
Het aantal charrière van de katheter
B
De lengte van de katheter
C
Hoelang een katheter mag blijven zitten

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar?
Bij een verblijfskatheter moet je voor een man een langere katheter gebruiken dan voor een vrouw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze katheter wordt alleen voor mannen gebruikt
Deze katheter is voor continue spoeling van de blaas

Deze katheter is voor eenmalig katheteriseren
Deze katheter wordt gebruikt voor katheteriseren

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar:
Residu en retentie betekend hetzelfde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Residu: urine wat achterblijft na spontaan urineren
Retentie: blaas kan niet of nauwelijks spontaan geleegd worden, urine blijft in de blaas

Een bladderscan wordt gebruikt om:
A
Te bepalen of de katheter goed zit
B
Om een foto te maken van de blaas voor onderzoek
C
Het residu te bepalen
D
Te kijken of er sprake is van nierstenen/blaasgruis

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij hoeveel ml residu moet je eenmalig katheteriseren

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hygiëne is een belangrijk onderdeel bij het verzorgen van een katheter. Hoevaak verwissel je een katheterzak? (volgens Vilans)
A
1x per 3 weken
B
1x per 3 dagen
C
1x per week
D
Elke dag

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer wijk je hiervan af?
Complicaties
Wat zijn complicaties van katheteriseren?

Slide 12 - Tekstslide

Tijdens inbrengen: 
  • Pijn tijdens het inbrengen (laten ontspannen)
  • Weerstand inbrengen door sluitspier (ontspannen)
  • Pijn tijdens opblazen ballon (wachten tot pijn afneemt, evt nieuw)
  • Bloeding (halverwege stoppen, anders laten zitten. overleg arts)
Ingebracht
  • Verstopping (knik, stolsel, blaasgruis?
  • Blaaskrampen (knik, stolsel, gruis, irritatie in blaas)
  • Infectie (slechte hygiëne, weinig drinken

Een siliconen katheter mag '.....' weken blijven zitten
A
3
B
6
C
8

Slide 13 - Quizvraag

Latex 3 weken
Gecoat ook 6 weken
Hoe verschilt een suprapubische katheter van een blaaskatheter?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar:
Alleen een arts mag een suprapubische katheter inbrengen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies