wk 8 2021 2022

Lezen in je leesboek
timer
5:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lezen in je leesboek
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Schrijven
  • Je rondt deze les je artikel over het conflict tussen Oekraïne en Rusland af.
  • Je kunt de spellingsregels uit blok 1 t/m 5 toepassen op je artikel.

Slide 2 - Tekstslide

Rusland / Oekraïne (het achtergrondartikel)
Nu je schrijfplan af is, kun je starten met het typen van het achtergrondartikel. Let op de volgende zaken:
  • Interessante titel boven de tekst
  • Zorg dat de alinea's logisch in elkaar overlopen, gebruik signaalwoorden.
  • Naam boven- of onderaan de tekst.
  • Kijk je artikel na op spelling (alles wat je geleerd hebt in blok 1 t/m 5)
timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Rusland / Oekraïne (nakijken)
Nu je achtergrondartikel af is, zetten we de puntjes nog even op de i. In drie rondes kijken drie verschillende klasgenoten naar jouw tekst. 

  • Ronde 1 = Komt het schrijfplan en de tekst overeen?
  • Ronde 2 = Spelling/ interpunctie op de juiste manier toegepast?
  • Ronde 3 = Duidelijke opbouw (alinea's volgen logisch op elkaar met signaalwoorden) en is de tekst aangepast op het publiek?
timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Grammatica
  • We kijken het gemaakte huiswerk na.
  • We herhalen in deze les de  woordsoorten uit leerjaar 1 .

Slide 5 - Tekstslide

Zinsdelen (herhaling):
  1. wwg: alle werkwoorden in de zin + pv
  2. ond: wie of wat + wwg?
  3. lv: wat of wie + stap 1 en 2?
  4. mv: aan wie of voor wie + stap 1 t/m 3?
  5. bwb: alles wat overblijft (prullenbak)

Slide 6 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Ga naar drive --> grammatica --> blok 1 t/m 3 --> herhaling leerjaar 1. 

We kijken de zinsdelen klassikaal na en stellen vragen als we een antwoord niet begrijpen. 

Slide 7 - Tekstslide

woordsoorten (herhaling)
Vorig jaar heb je de volgende woordsoorten geleerd:

lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, hulpwerkwoord, zelfstandig werkwoord, voorzetsel, persoonlijk voornaamwoord. 

De laatste 4 herhalen we even.

Slide 8 - Tekstslide

zww / hww (herhaling vorige les)
Als er maar 1 ww in de zin →  zww

Meer dan 1 ww in de zin? 
1. Staat er een voltooid deelwoord in de zin? --> zww
2. Indien er geen voltooid deelwoord in de zin staat is het
laatste werkwoord  zww

Alle overige ww zijn hulpwerkwoorden.

Slide 9 - Tekstslide

In Nederland (hebben) de waterleveranciers een belangrijke taak.
A
hww
B
zww

Slide 10 - Quizvraag

Petra was haar schrift (vergeten) mee te nemen.
A
hww
B
zww

Slide 11 - Quizvraag

Voor het gemak wil ik het verhaaltje wel (schrijven)?
A
hww
B
zww

Slide 12 - Quizvraag

Wij hebben het ongeluk gelukkig (kunnen) voorkomen.
A
hww
B
zww

Slide 13 - Quizvraag

Kraanwater (laat) in alle elektrische apparaten een dun laagje kalk (achter).
A
hww
B
zww

Slide 14 - Quizvraag

Voorzetsels (vz)
..... de kast


...... het feest

(ondanks / tijdens)

Slide 15 - Tekstslide

pers.vnw
Verwijst naar personen of onzichtbare zaken. Je kunt er vaak een naam voor in de plaats schrijven.

Voorbeeld: Hij heeft zijn toets gehaald  / (Maikel heeft zijn toets gehaald.)

Het is vandaag mooi weer.*
* Als er geen zelfstandig naamwoord bij ‘het’ hoort, is het geen lidwoord, maar een persoonlijk voornaamwoord

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht maken
Ga naar drive --> grammatica --> blok 1 t/m 3 --> herhaling leerjaar 1 --> oefening B maken


Maak de opdracht en kijk je antwoorden zelf na (antwoorden staan onderaan het document). 

Slide 17 - Tekstslide