2. Je denkt van tevoren na wat je wil gaan schrijven zodat je tekst een goede structuur heeft
3. Het is een schema dat je krijgt uitgedeel (ook in Classroom)
Je vult eerst je schrijfplan in, daarna pas schrijven. Let op: geen hele zinnen! Alleen steekwoorden (behalve de kernzin)
Slide 12 - Tekstslide
Je beschouwing
-heeft twee deelonderwerpen (de kern/middenstuk)
-elk deelonderwerp begint met een kernzin (=hoofdzaak). Die werk je verder uit (=bijzaken).
-elk deelonderwerp = 1 alinea = 1 onderwerp dat je behandelt
-elk deelonderwerp heeft een tussenkopje dat het onderwerp van die alinea aangeeft.
Slide 13 - Tekstslide
Voorbeeld
Titel
inleiding (kies 1 van de 4 manieren)
kernzin deelonderwerp 1
kernzin deelonderwerp 2
slot (kies 1 van de 3 manieren)
Slide 14 - Tekstslide
Feedback schrijfopdracht
-Titel en tussenkopje beginnen met een hoofdletter.
-Je zet boven inleiding en slot geen tussenkopje.
-Geen dubbele punt na je tussenkopje.
-Tussenkopje=je deelonderwerp en haal je uit je kernzin.
-Maak gebruik van signaalwoorden! (Want, doordat, ook...)
-Niet naar jezelf ('ik') verwijzen of naar je eigen tekst ('in dit artikel lees je....')
-Getallen tot en met 20 schrijf je in letters, niet in cijfers. Tenzij het een percentage, datum of een andere eenheid is.
Slide 15 - Tekstslide
Aan de slag
-Pas je tekst op Classroom aan naar aanleiding vd feedback.
Dit doen we 10 min. in stilte.
-Klaar? Inleveren. Dan lees je de uitgedeelde tekst.
timer
10:00
Slide 16 - Tekstslide
Werken aan toetsopdracht.
1) je krijgt een tekst over Plastic Soep uitgedeeld en we kijken naar een filmpje over plastic soep.
2) je maakt hiervan een mindmap: hoofdonderwerp + deelond.
3) je vult een schrijfplan in. Je denkt goed na over hoe je je tekst gaat schrijven dus over je deelonderwerpen + kernzinnen.
4) je schrijft volgende week de tekst (beschouwing) in de klas. Het schrijfplan, je voorbereiding, hou je erbij. Dit schrijfplan is dus belangrijk! Zorg dat je het goed invult.
Slide 17 - Tekstslide
Werken aan toetsopdracht.
1) we kijken naar een filmpje over plastic vervuiling op zee.
Belangrijk: maak een mindmap. De informatie kun je namelijk goed gebruiken ter voorbereiding op het schrijven van je beschouwing, de toetsopdracht.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
We lezen nu de tekst
'Plastic soep'
Slide 20 - Tekstslide
Opdracht
Je maakt een mindmap over de tekst. Deze lever je eind van de les in.
Wat is het hoofdonderwerp?
Wat zijn de deelonderwerpen?
Welke informatie hoort bij welk deelonderwerp?
Slide 21 - Tekstslide
Feedback
-Niet verwijzen naar jezelf of je artikel, dus niet 'in deze tekst' 'ik'
-Niet de lezer rechtstreeks aanspreken, dus niet 'jij' of 'jullie' gebruiken.
- Titel en tussenkopje begint met hoofdletter maar zet er geen punt achter
- Boven de inleiding en het slot hoort geen tussenkopje.
- De gevolgen VOOR de natuur (niet: op de natuur).
- Voegwoorden gebruik je tussen 2 zinnen, niet aan het begin van een zin.
Je begint je zin dus niet met Waardoor /En/Bijvoorbeeld.
Slide 22 - Tekstslide
Voegwoorden, wat zijn dat?
Ik lig in bed. Ik ben moe.
De hond blaft. Hij hoort een gek geluid.
Hij is boos. Hij is verdrietig.
Die man draagt dikke handschoenen. Het is 30 graden.
Ik neem popcorn. Ik neem cola.
En nu: ik heb een onvoldoende gehaald / ik heb niet geleerd.
Slide 23 - Tekstslide
Enkelvoudige zinnen
Ik heb geen tijd. Ik ben druk bezig met huiswerk.
Hij eet niks. Hij vindt het niet lekker.
Ze gaat naar die horrorfilm. Ze houdt er niet van.
Samengestelde zin
Ik heb geen tijd, want ik ben druk bezig met huiswerk.
Hij eet niks, omdat hij het niet lekker vindt.
Ze gaat naar die horrorfilm maar ze houdt er niet van.