In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Thema 1 stofwisseling in de cel
Basisstof 2: Enzymen
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
herhalen bs 1 chemie in de cellen
leerdoelen bs 2 Enzymen
Uitleg enzymen
maken: 11 t/m 13
uitleg milieu factoren
Maken: 14 t/m 18
Afsluiten
Slide 2 - Tekstslide
herhalen bs 1:
Licht in de diepzee
blz 15- opdr 11 tm 13
tip: gebruik je binas en/of boek
Slide 3 - Tekstslide
Licht in de diepzee
Zeevonk
blz 15
Maak 11 tm 13
Slide 4 - Tekstslide
11 a) Zeevonk is heterotroof of autotroof? Waaruit blijkt dat? 11b) Waarom in de zomer? 11c) Waarom golfslag?
Slide 5 - Open vraag
Bioluminescentie is in de evolutie minstens veertig keer onafhankelijk van elkaar ontstaan. Vooral bij diepzeedieren komt bioluminescentie voor. Geef hiervoor een verklaring? Oftewel: WAAROM?
Slide 6 - Open vraag
leerdoelen bs 2 Enzymen
Je kan de bouw en werking van enzymen beschrijven
Je kunt de invloed van milieufactoren op de enzymactiviteit beschrijven
Slide 7 - Tekstslide
korte herhaling
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Enzymen
Zijn altijd eiwitten
Er zijn twee soorten - Afbrekende enzymen voor
dissimilatie (bv bij vertering)
- Opbouwende enzymen
voor assimilatie (bv bij spiervorming)
Enzymen zijn verantwoordelijk voor de stofwisselingsreacties in de cel
Slide 11 - Tekstslide
bouw enzym
Een enzym is een eiwit.
De vorm is belangrijk
voor de taak.
Slide 12 - Tekstslide
enzymen
Slide 13 - Tekstslide
Enzymen
In je speeksel zit een enzym voor afbraak zetmeel, namelijk ..??.. (BINAS).
Als deze in botsing komt met zetmeel knipt enzym zetmeel op in ..??.. (BINAS!)
Slide 14 - Tekstslide
maken
Opdracht 14 t/m 23
timer
10:00
Slide 15 - Tekstslide
Vandaag
Verder met bs 2 Enzymen
Leerdoelen bs 3 Fotosynthese
Uitleg bs 3 Fotosynthese
maken 22 t/m 24
Afsluiten met quiz
Slide 16 - Tekstslide
Vandaag
verder met bss 2
Slide 17 - Tekstslide
leerdoelen bs 2 Enzymen
Je kan de bouw en werking van enzymen beschrijven
Je kunt de invloed van milieufactoren op de enzymactiviteit beschrijven
Slide 18 - Tekstslide
Wat is ook alweer een milieufactor? Leg uit met behulp van een voorbeeld.
Slide 19 - Open vraag
Bij hoge temperatuur gaat een enzym 'kapot'
Slide 20 - Tekstslide
Effectiviteit van een enzym is afhankelijk van temperatuur
Daardoor:
Minimumtemperatuur
Optimumtemperatuur
Maximumtemperatuur
Slide 21 - Tekstslide
Invloed van temperatuur op werking enzym
Slide 22 - Tekstslide
Effectiviteit van een enzym is afhankelijk van temperatuurpH-optimum
pH optimimun = pH-waarde waarbij werkzaamheid van enzym maximaal is
Bij verlagen van pH kunnen negatief geladen groepen een H+ opnemen en enzym destabiliseren
Bij verhogen van pH juist andersom
Slide 23 - Tekstslide
waar zou pepsine kunnen werken?
De optimale pH voor pepsine ligt bij pH 2.
Verschillende enzymen hebben verschillende pH- optima
Slide 24 - Tekstslide
Pepsine werkt bij een pH van 2
Slide 25 - Tekstslide
Maken
opdrachten 14 t/m 18
timer
20:00
Slide 26 - Tekstslide
Leerdoelen bs 3 Fotosynthese
Je kan de fotosynthese uitleggen
Je kent de formule van de fotosynthese uit je hoofd
Slide 27 - Tekstslide
Fotosynthese
Slide 28 - Tekstslide
stofwisseling bij planten
fotosynthese:
verbranding:
Het compensatiepunt = netto evenveel zuurstof opname (dissimilatie) als afgifte (fotosynthese).
Slide 29 - Tekstslide
overzicht fotosynthese
Binas 69a
Slide 30 - Tekstslide
Licht
Licht is nodig voor fotosynthese. Fotosynthese is de productie van suikers in het blad van een plant.
Licht kan ook kunstmatig zijn.
Sommige planten houden van veel licht, andere van weinig licht.
Slide 31 - Tekstslide
intensiteit fotosynthese
Is afhankelijk van:
hoeveelheid licht
CO2-gehalte
kleur licht
temperatuur
Slide 32 - Tekstslide
Assimilatie
Fotosynthese = koolstofassimilatie.
Voortgezette assimilatie
Slide 33 - Tekstslide
maken:
Opdrachten: 22 t/m 24
timer
12:00
Slide 34 - Tekstslide
Leerdoelen gehaald?
Je kan de bouw en werking van enzymen beschrijven
Je kunt de invloed van milieufactoren op de enzymactiviteit beschrijven
Slide 35 - Tekstslide
Een enzym is een ...
A
eiwit
B
koolhydraat
C
vet
D
mineraal
Slide 36 - Quizvraag
Raken enzymen op?
A
Nee, ze zijn te vergelijken met een schaar
B
Ja, ze werken steeds langzamer
C
Ja, ze werken dan niet meer
Slide 37 - Quizvraag
Wat doen enzymen?
A
Enzymen verbranden voedingsstoffen
B
Enzymen versnellen een reactie
C
Enzymen bevatten verteringssappen
D
Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed
Slide 38 - Quizvraag
Welk enzym heeft dezelfde optimumtemperatuur als de enzymen in jouw darmen?
A
enzym A
B
enzym B
Slide 39 - Quizvraag
Welk enzym vertoont de grootste enzymactiviteit bij 38 graden?
A
x (rood)
B
y (groen
C
z (paars)
D
ze zijn allemaal gelijk
Slide 40 - Quizvraag
Een enzym past precies op de om te zetten stof. Dat betekent dat het enzym ...
A
reactiespecifiek is
B
substraatspecifiek is
Slide 41 - Quizvraag
Welke bewering klopt over de enzymactiviteit en de enzymconcentratie bij temperaturen P, Q en R?
A
Bij alle drie de temperaturen is de enzymconcentratie gelijk.
B
Tussen P en Q neemt de activiteit toe, omdat de concentratie van het enzym toeneemt.
C
Tussen Q en R neemt de activiteit af, omdat de concentratie van het enzym afneemt.
Slide 42 - Quizvraag
Welke soort kan het beste tegen schommelingen van deze milieufactor (bijvoorbeeld hoeveelheid water in de bodem)?
A
soort A
B
soort B
Slide 43 - Quizvraag
De reactievergelijking van de fotosynthese is: (C6H12O6 = glucose)
A
6 CO2 + 6 O2 -> C6H12O6 + 6 H2O
B
6 CO2 + 6 H2O -> C6H12O6 + 6 O2
C
6 CO2 + 12 O2 -> C6H12O6 + 12 H2O
D
CO2 + H2O ->
C6H12O6 + O2
Slide 44 - Quizvraag
Wat is de rol van chlorofyl bij fotosynthese?
A
Het absorberen van lichtenergie
B
Het produceren van zuurstof
C
Het afbreken van watermoleculen
D
Het omzetten van koolstofdioxide in suikers
Slide 45 - Quizvraag
Waarom is fotosynthese zo belangrijk voor andere organismen?
A
Door de fotosynthese wordt zuurstof verbruikt.
B
Door de fotosynthese komt er nieuwe energie vrij.
C
Door de fotosynthese komt er telkens nieuw voedsel op aarde.
D
Door fotosynthese wordt CO2 gemaakt
Slide 46 - Quizvraag
Welke organel is verantwoordelijk voor fotosynthese?