HC 2.2 Duitsland valt uiteen (1945-1961)


HC Duitsland in Europa 
(1919-1991)


2.2: Duitsland valt uiteen (1945-1961)
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les


HC Duitsland in Europa 
(1919-1991)


2.2: Duitsland valt uiteen (1945-1961)

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel 1
Aan het eind van deze presentatie kun je uitleggen waarom Duitsland verdeeld raakte en hoe beide Duitse staten zich ontwikkelden.

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling vorige les

Slide 3 - Tekstslide



Duitsland ligt in puin


Duitse steden liggen in puin, wegen en bruggen zijn vernietigd.
Vijf miljoen mannen waren gesneuveld.
Economsich, moreel en politiek was het land ontwricht

Slide 4 - Tekstslide


Duitse burgers worden gedwongen concentratiekamp Buchenwald te bezoeken na de bevrijding.
Bekijk de foto (hotspot) en kies bij welk aspect van ontwrichting deze foto het best past.
A
economisch
B
moreel
C
politiek
D
sociaal

Slide 5 - Quizvraag


Bekijk de foto (hotspot) en kies bij welk aspect van ontwrichting deze foto het best past.
A
economisch
B
moreel
C
politiek
D
sociaal

Slide 6 - Quizvraag

Heimatvertriebenen

Grote stroom van:
- terugkerende soldaten
- terugkerende slachtoffers van het naziregime
- 13 miljoen Duitse minderheden moesten vluchten

Slide 7 - Tekstslide


De VS waren bang dat heel Europa communistisch zou worden
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag


De Trumandoctrine was bedoeld om communistische landen te helpen
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag


De Marshallhulp kan gezien worden als een economisch onderdeel van de Trumandoctrine
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag


De Marshallhulp versterkte:
a. de Europese eenwording
b. de deling van Duitsland
A
alleen a is juist
B
alleen b is juist
C
a en b zijn juist
D
a en b zijn onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Trumandoctrine
de VS zou landen helpen die door het communisme werden bedreigd.

Containmentpolitiek
Marshallhulp

Slide 12 - Tekstslide

Europese eenwording


De VS gaf grootscheepse economische hulp onder de voorwaarde dat Europa meer zou gaan samenwerken.

Slide 13 - Tekstslide


De Blokkade van Berlijn
mei 1948 - juni 1949
- Waarom ontstond de blokkade van Berlijn?
- Wat waren de gevolgen op korte termijn?
- Wat waren de gevolgen op lange termijn?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Wat is er hand?

  • Stalin wil West-Berlijn toevoegen aan de Sovjet-zone

  • Westelijke bezettingszones steeds meer één gebied

  • Directe aanleiding: invoering van de D-Mark in westelijke bezettingszones

Slide 16 - Tekstslide

Wat gebeurt er?
  • Stalin blokkeert alle aanvoerwegen naar West-Berlijn om zo de stad tot overgave te dwingen: Blokkade van Berlijn

  • Het Westen gaat West-Berlijn via de lucht bevoorraden: de luchtbrug

  • Een jaar lang landt er iedere 3 minuten een vliegtuig in West-Berlijn

Slide 17 - Tekstslide



Slide 18 - Tekstslide

Stalin als vogelaar


Wat wil de tekenaar duidelijk maken?
Gebruik twee beeldelementen

Slide 19 - Tekstslide

Wat wil de tekenaar zeggen?
2 beeldelementen!

Slide 20 - Open vraag

Oprichting West-Duitsland (BRD) 
en 
Oost-Duitsland (DDR)
mei (BRD) en oktober (DDR) 1949

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Oprichting van de Navo
  • Opgericht in april 1949

  • Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (Engels: NATO)

  • Oorspronkelijk militair bondgenootschap tussen Noord-Amerika en West-Europa tegen het communisme

  • 9 mei 1955: BRD sluit zich aan bij de NAVO. (Een deel van) Duitsland heeft voor het eerst sinds WO-II weer een leger. 
14 mei 1955: Reactie SU - Oprichting Warschaupact. DDR wordt hier lid van 

Slide 23 - Tekstslide

IJzeren Gordijn (1947-1989)
Warschaupact (1955-1991)
NAVO (1949)

Slide 24 - Tekstslide

Leg uit dat door de oprichting van de NAVO en het Warschaupact blokvorming een feit was.

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

 Mede dankzij het Marshallplan groeide de economie in het Westen. In de Oostzone mocht de Marshallplan niet

 geaccepteerd worden: geen economische groei.

 


Wirtschaftswunder

Slide 27 - Tekstslide

BRD
  • Parlementaire democratie
  • Nazi-partijen verboden
  • Partijen konden enkel in de Bondsdag (het parlement) komen als ze minstens 5 procent van d stemmen kregen
  • bondskanselier 1949-1963: Konrad Adenauer (CDU)

Slide 28 - Tekstslide

Wirtschaftswunder
Snelle wederopbouw

werkloosheid verdween

Rijkste land van Europa

EGKS (1952) en NAVO (1955)

Slide 29 - Tekstslide

Westbindung
Adenauer wilde zo nauw mogelijk samenwerken met het westen.
Hereniging kon pas als het communisme verdween in Oost-Duitsland.
Hij erkende de DDR niet

Slide 30 - Tekstslide

Oost-Duitsland
Leider:
Walter Ulbricht
leider van de communistische partij:
Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED)

Slide 31 - Tekstslide



Totalitaire communistische dictatuur

  • Staatssicherheitsdienst (Stasi)
  • Planeconomie
  • Landbouwcollectivisatie
  • Lid van Warschaupact en de Comecon

Slide 32 - Tekstslide

1953 Protesten
Het gaat slecht met de economie in de DDR
Arbeiders moeten harder gaan werken voor hetzelfde loon

Mensen komen in opstand
Stasi wordt uitgebreid

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

"Groene grens"
Honderdduizenden Oost-Duitsers trokken naar West-Duitsland
Daarom sloot Ulbricht de grens met West-Duitsland.
Maar de grens tussen Oost- en West-Berlijn moest van de SU open blijven.
Gevolg: drie miljoen mensen verlieten de DDR.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Tekstslide

Aan de slag
Stencils schema 2.3 

Slide 38 - Tekstslide