H3.4 uitleg posteropdracht les 8a

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Organismen leven samen

Posteropdracht:

Welkom

• Cijfers terug s.o
• Uitleg posteropdracht 
• huiswerk volgende les

Posteropdracht -1

Het 2e deel van H3 (voedselrelaties, kringlopen) op een creatieve manier behandelen en toetsen.

Je krijgt iedere les korte uitleg waarna je deze informatie gaat verwerken in je poster. Mocht je tijdens de les de opdracht niet hebben afgerond zorg je dat het voor de volgende les klaar is (Huiswerk).

Posteropdracht -2

Je poster mag je zo creatief maken als je zelf wilt, met tekeningen en tekst. Dit mag digitaal maar ook op papier.

 Uiteraard telt de verzorging/netheid van je poster uiteindelijk ook mee, net als de opdrachten die je op je poster hebt gedaan. 

Tijdens de komende lessen krijg je uitleg, kun je vragen stellen en je “poster in opbouw” laten zien.

Leerdoel

• Je weet wat we bedoelen met een individu
• Je weet wat biotische factoren zijn
• je weet wat abiotische factoren zijn

Organismen in hun omgeving

Alle organismen worden beinvloed door hun leefomgeving

De leefomgeving wordt beinvloed door organismen

Invloeden van het milieu

levende factoren

levenloze factoren

Temperatuur is een __________ factor

1. Biotisch
2. Abiotisch

andere dieren

1. biotisch
2. abiotisch

dode dieren

1. biotisch
2. abiotisch

wind

1. biotisch
2. abiotisch

Opdracht-1

Bepaal over welk organisme (dier) jij je poster gaat maken. Het moet wel een dier zijn die in het wild voorkomt. Dus geen huisdieren. 

Het is handig om een dier te nemen waarover veel bekend is of waar je in geïnteresseerd bent.

Iedereen kiest een verschillend organisme.

 Vraag aan je docent of het door jou gekozen dier goed is.

Opdracht-2

Zoek een duidelijke afbeelding van jou gekozen organisme/dier. Deze afbeelding wordt het centrale middelpunt van je poster (je individu). Zet de afbeelding/tekening in het midden van je A4 of A3. Zet de naam van het dier groot boven de foto. Dit is nu je individu. 

Vanuit het dier teken je twee lijnen (bepaal zelf waar naartoe) eindigend in een cirkel. In de ene cirkel schrijf je drie biotische factoren waar het dier mee te maken heeft en in de andere cirkel drie abiotische factoren. Zet de woorden biotisch en abiotisch als titels in je cirkels.

Let erop dat je (zeker als je een A4 gebruikt) niet alles te groot maakt, want er komt nog meer bij in de volgende lessen.

Huiswerk

• Zorg dat je opdracht-1 en opdracht-2 af hebt en de poster meeneemt naar school.
• bekijk voor de uitleg de lessonup door