Posteropdracht 2024. Alle punten klas 3TL

Organismen leven samen
Posteropdracht:


1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Organismen leven samen
Posteropdracht:


Slide 1 - Tekstslide

1: Uitleg posteropdracht
Bij deze opdracht heb je een aantal begrippen nodig die je moet weten om de opdracht te kunnen gaan doen. Je poster mag je zo creatief maken als je zelf wilt, met tekeningen en tekst. Uiteraard telt de verzorging/netheid van je poster uiteindelijk ook mee, net als de opdrachten die je op je poster hebt gedaan. Hieronder per les hoe we dit gaan doen. Tijdens de les kun je vragen stellen, krijg je uitleg en kun je “poster in opbouw” laten zien.

Slide 2 - Tekstslide

1.1
Bepaal over welk organisme jij je poster gaat maken. 

Dat moet een (vlees)etend dier zijn en een 'specifiek' soort die in in het wild voorkomt. 
Vraag aan je docent of het door jou gekozen dier goed is.


Slide 3 - Tekstslide

2
Bespreken we de begrippen die je moet weten om je poster te maken.
Individu                                                         Eén enkel organisme.

3 Biotische factoren                                Invloed (factoren) uit de levende natuur.

3 Abiotische factoren                             Invloed (factoren) uit de levenloze  natuur zoals de                                                                                               grondsoort, de temperatuur, de Vochtigheid en het                                                                                             zonlicht.

Slide 4 - Tekstslide

2.1
Jouw gekozen dier wordt het centrale middelpunt van je poster (je individu) Print of teken een afbeelding van je dier en plak die in het midden van je  A3. 
Zet de naam van het dier groot boven de foto. Dit is nu je individu.

Vanuit het dier teken je twee lijnen (bepaal zelf waar naartoe) eindigend in een cirkel. In de ene cirkel schrijf je drie biotische factoren waar het dier mee te maken heeft en in de andere cirkel drie abiotische factoren. Zet de woorden biotisch en abiotisch als titels in je cirkels.


Let erop dat je niet alles te groot maakt, want er komt nog meer bij in de volgende lessen.

Slide 5 - Tekstslide

3
Ecosysteem                                Alle biotische en abiotische factoren in een                                                                      bepaald gebied; het klimaat, de samenstelling                                                                van de bodem en de organismen die er leven

Levensgemeenschap            Alle organismen samen in een ecosysteem

Populatie                                      Alle organismen van dezelfde soort die leven in                                                              een bepaald ecosysteem 

Slide 6 - Tekstslide

3.1
Je poster ga je vandaag verder aanvullen met de begrippen: ecosysteem, levensgemeenschap en populatie. 

Maak weer cirkels (of je mag het ook op een andere creatieve manier invullen) zoals de vorige les vanuit de foto van je dier. Maak er drie bij elkaar.
In elke cirkel komt de titel. De ene cirkel heet “ecosysteem”, de andere “levensgemeenschap” en de derde populatie.


Slide 7 - Tekstslide

3.2
Omschrijf in de cirkel ecosysteem in welk ecosysteem jouw dier voorkomt. Gebruik google als je dit lastig vindt.
Omschrijf in de cirkel levensgemeenschap welke organismen er nog meer in de levensgemeenschap van jouw gekozen dier leven. Noem hierbij minstens drie andere dieren en drie planten.
Vertel in de cirkel “populatie” of en hoeveel dieren van jouw gekozen soort er voorkomen in de levensgemeenschap. Je mag dit ook schatten als het er heel veel zijn.

Slide 8 - Tekstslide

4
Voedselketen             Reeks organismen die van elkaar leven. Elk organisme is                                            een schakel in de keten

Voedselweb               Schema waarin staat hoe verschillende voedselketens                                              met elkaar verbonden zijn.

 

Slide 9 - Tekstslide

4.1
Je poster ga je vandaag verder aanvullen met de begrippen: voedselketen en voedselweb. 

Maak weer cirkels zoals de vorige les vanuit de foto van je dier. Maak een grote cirkel (titel voedselweb) en een kleine (titel voedselketens). 
In de grote cirkel maak je een “voedselweb” waarin jouw dier voorkomt. Kijk voor voorbeelden van een voedselweb op google of in je boek.
In de kleine cirkel schrijf je twee “voedselketens” op waarin jouw dier voorkomt. De ene voedselketen heeft drie schakels en de andere 4 of meer.


Slide 10 - Tekstslide

5
Producent            De makers van voedingsstoffen; groene planten 
 Consument         De gebruikers van voedingsstoffen; dieren (en mensen)
Reducent             Schimmels en bacteriën, deze breken resten van planten en                                    dieren af tot mineralen
Afvaleters             Consumenten die de resten van planten en dieren eten

Voedselkringloop Kringloop van mineralen en andere voedingsstoffen; 
   prod.                    cons.                    red.                   prod.


Slide 11 - Tekstslide

5.1
Vandaag gaat over de begrippen Voedselkringloop Producent, Consument, Reducent en Afvaleters

Deze indeling van organismen heeft te maken met een kringloop in de natuur. Hieronder zie je deze kringloop. Ook vind je deze in je boek in BS 3.5.




Slide 12 - Tekstslide

5.2



Neem deze kringloop over op je poster, maar in plaats van de algemene groepen die er nu staan, zet je een organisme neer van je eigen levensgemeenschap. Uiteraard staat jouw eigen gekozen organisme er ook tussen op de juiste plek!
Dus: op de plekken van producenten, consumenten, afvaleters en reducenten zet je een voorbeeld uit je eigen gekozen levensgemeenschap en 1 van de 4 is dus jouw eigen gekozen dier. De andere drie bedenk je zelf, maar moeten wel in het echt voorkomen in jouw gekozen levensgemeenschap. Uiteraard mag je een en ander ook met foto’s doen.



Slide 13 - Tekstslide

Consument
Producent
afvaleters
Mineralen
Reducent

Slide 14 - Tekstslide

Voeg de koolstofkringloop toe wat 
toegespitst is op jouw dier
Kijk in je boek bij BS 3.5 of 
google een afbeelding

Slide 15 - Tekstslide

6.1
Laatste opdracht.
Voeg de stikstofkringloop toe. 
Gebruik je boek bij BS 3.5 of 
Google een afbeelding.
Gebruik daarbij je eigen organisme

Slide 16 - Tekstslide

Klaar!
Lever je poster in. Deze wordt beoordeeld met een cijfer die 2x mee telt

(Inleveren tijdens de les op woensdag 22 januari) 
                             

Slide 17 - Tekstslide