fictie klas 3

lesdoel
Je kan realistische en niet-realistische fictie herkennen en verhalen op de realismelijn zetten
Je herkent de delen van de opbouw van een verhaal ín een verhaal
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

lesdoel
Je kan realistische en niet-realistische fictie herkennen en verhalen op de realismelijn zetten
Je herkent de delen van de opbouw van een verhaal ín een verhaal

Slide 1 - Tekstslide

lees opdracht 1, vraag 1 t/m 8 + de achterflap (dat gele plaatje naast de vragen. 

gevraagd:
 vijf personen die gaan voorlezen? 
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Realistische fictie

Niet-realistische fictie


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Spanning in een verhaal

Slide 14 - Woordweb

Spanning
informatie verzwijgen.  
een geheim of raadsel dat beetje bij beetje onthullen.  
het verhaal vertragen/tijdrekken  
de personen in enge of gevaarlijke situaties plaatsen.  
verhaal in griezelige of gevaarlijke omgeving laten spelen.  

Slide 15 - Tekstslide

Spanning
het verhaal op een spannend moment afbreken (cliffhanger).  
een onverwachte wending  
verwachtingen opwekken/ oproepen van vermoedens  
het vervolg uitstellen d.m.v. flashback/flashforward/andere verhaallijn  
de lezer een informatievoorsprong geven

Slide 16 - Tekstslide