Les 2. regelmatige werkwoorden
1 / 17
Lesduur is: 80 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Luister dit fragment en sleep de zinnen naar de juiste plek.
Juist
Onjuist
1. Het lievelingslied van José is het lied van de kleuren.
2. De favoriete stad van José is Madrid.
3. José woont in Toledo.
4. Het huis van José heeft 4 slaapkamers.
6. Het huis van José heeft 3 badkamers en 1 woonkamer.
5. Het huis van José heeft 1 keuken.
7. Zijn favoriete plaats in huis in zijn slaapkamer.
Slide 5 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
welke persoonlijke voornaamwoorden
zijn er in het Nederlands?
zijn er in het Nederlands?
Slide 6 - Open vraag
vraag eventueel altijd eerst als de leerlingen weten wat een persoonlijke voornaamwoord is.
*Zo niet: welke woorden gebruiken we om een persoon aan te wijzen in het Nederlands?
Schrijf de persoonlijke voornaamwoorden in een rijtje op.
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke vertaling hoort bij welk persoonlijk voornaamwoord?
timer
1:00
nosotros
yo
él, ella, usted
tú
vosotros
ellos, ellas, ustedes
jullie
ik
wij
jij
zij/u mv
hij/zij/u
Slide 8 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent het werkwoord SER?
A
heten
B
zijn
C
gaan
D
noemen
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
(ser) Vosotros .... españoles.
A
sois
B
somos
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Ellos (ser) ______ de Amsterdam.
A
eres
B
sois
C
se
D
son
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Yo ________ (ser) de Holanda.
A
eres
B
es
C
ser
D
soy
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Nosotros ___________ (ser) amigos.
A
sommos
B
sois
C
son
D
somos
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Ken je de vervoeging van de regelmatige werkwoorden op -AR,-ER, -IR
A
Muy bien:))
B
Bien :)
C
Regular :|
D
Mal :(
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
