§2.5 Lenen en betalen

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

2.5 Lenen en betalen

Wat gaan we vandaag doen?

• Terugblik vorige les
• Huiswerk opgaven 1 t/m 10 ( paragraaf 2.4)
• Herhaling begrippen 2.4
• Uitleg begrippen 2.5
• Opdrachten maken

2.4 Weet je het nog?

Begrippen:

• Aandeel
  
• Aandelenkoers
  
• Beleggingsfondsen
  
• Dividend
  
• Obligatie

§2.5 Kennen / kunnen

Begrippen:

• Aandeel: Je koopt een deel van een bedrijf. Je wordt mede-eigenaar van het bedrijf
• Aandelenkoers : Je koopt een aandeel bijvoorbeeld voor € 20,-. De koers kan stijgen of dalen. Met andere woorden het aandeel kan minder of meer waard woorden.

Beleggingsfonds

• Beleggingsfonds is een instelling/bank . De beleggingsfondsen beleggen het geld van hun klanten in verschillende bedrijven. De klanten hebben hier geen omkijken naar.
• Voordeel: Het risico wordt verspreid tussen de verschillende banken. 

Dividend= Winstuitkering ( beloning dat je aandeel in bezit hebt)

Obligatie= Leen je geld aan een bedrijf of aan de overheid uit. Tegen een vaste rente en looptijd.

Ook een obligatie kan meer of minder waard worden.

Krediet

Krediet is een ander woord voor lening.

Kredietkosten

kredietkosten

Persoonlijke lening

Persoonlijke lening: het geleende bedrag krijg je in één keer in handen en betaal je terug in vaste termijnen voor aflossing en rente.

Maandtermijn lening: Aflossing en rente

Aflossen= geld terugbetalen 

dat je hebt geleend.

Rente= Vergoeding die je betaald om geld te lenen

De maandtermijn verdelen in rente en aflossing

Elke maand een vast bedrag

Vast bedrag (rente en aflossing): de annuïteit

Aan de slag

Wat ? Maak  vragen bladzijde 1 t/m 11 ( vanaf bladzijde 62) paragraaf 2.5

Hoe ? in stilte

Tijd ? 10 minuten

Resultaat ? bespreken 1 t/m 5

Klaar ? Paragraaf 2.4 afmaken 

Verder aan de slag.

Wat ? Maak vragen bladzijde 16t/m 11 ( vanaf bladzijde 62) paragraaf 2.5

Hoe ? in overleg+ je mag vragen stellen.

Tijd ? 10 minuten

Klaar ? Paragraaf 2.4 afmaken 

Afsluiting