In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Talk about the future
Slide 1 - Tekstslide
Remember?
Als iets volgens een schema verloopt (je weet precies hoe laat iets gaat gebeuren)
gebruik je de tegenwoordige tijd.
Slide 2 - Tekstslide
Vast schema
Tomorrow, school starts at 8.25
The train rides off at 9.35
Lijkt wel wat het op Nederlands, toch?
Slide 3 - Tekstslide
In een vraag..
What time does the bus arrive at the station?
Slide 4 - Tekstslide
In een ontkenning..
The shop opens at 9 Wednesday, but
The shop does not open at 9 tomorrow due to King's day
Slide 5 - Tekstslide
get your worksheet out! tweede zin: The train __________ from platform 5 at 11.30 (depart)
Slide 6 - Open vraag
Look at the programme. The concert ______ at 7 (begin)
Slide 7 - Open vraag
I'm quite busy these days. When ________ ?(it end)
Slide 8 - Open vraag
The train __________ at 10.15. It arrives at 10.15 (not depart)
Slide 9 - Open vraag
Maar er is meer!
Er zijn nog twee manieren om over de toekomst te praten
Slide 10 - Tekstslide
Er zijn twee manieren: Welke zijn dat? 1. I have washed my car today 2. I am going to wash my car today 3. I will wash my car today 4. I washed my car yesterday
A
1 er 2
B
1 en 3
C
2 en 3
D
3 en 4
Slide 11 - Quizvraag
Will en going to
Pieter will do the dishes
Gerda is going to France this summer.
Slide 12 - Tekstslide
Probeer met will de volgende zin te maken: Ik zie hem morgen
Slide 13 - Open vraag
Maak nu een zin met going to: Ik ga volgende week zwemmen
Slide 14 - Open vraag
Maar wanneer gebruik je nou Will en wanneer gebruik je nou going to?
(en de tegenwoordige tijd)
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Have you got any plans for tomorrow?Yes, I _______ visit my grandparents
A
am going to
B
will
Slide 17 - Quizvraag
Why is she learning Spanish? She _______ travel to Spain.
A
is going to
B
will
Slide 18 - Quizvraag
- We are thirsty. - Wait here. I _______ get some water.
A
am going to
B
will
Slide 19 - Quizvraag
- Meat or fish? - I ______ have some fish, please.
A
am going to
B
will
Slide 20 - Quizvraag
- If you don't take a taxi, you ________ arrive on time.
A
won't (will not)
B
aren't going to
Slide 21 - Quizvraag
- We need one more player. - __________ play with us tomorrow?