De Future compleet

Will en to be going to.
De uitleg in het boek is veel te slecht.
Gebruik deze uitleg.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Will en to be going to.
De uitleg in het boek is veel te slecht.
Gebruik deze uitleg.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Will future
to be going to als future
Iets gaat in de toekomst gebeuren maar het is nog niet zeker.

Robots will rule the world in 2080.



Iets dat je aanbiedt aan anderen.

I will help you tomorrow
Als het zeker is dat het gaat gebeuren.

I am going to my brother tomorrow.

Het reeds gepland is.

We are going to London next week.

Er bewijs voor is.

It is going to rain. Look at these dark clouds


Slide 3 - Tekstslide

Present simple future
Present continuous future
De present simple als future wordt gebruikt voor alles wat vastligt in schema's, roosters, treintijden, bustijden, trainingstijden etc.

The supermarket opens at 9:00.
The train departs at 08:10.
The bus leaves at 09:43.

Alles wat eenmalig georganiseerd is.

Feesten, wedstrijden, etc.

Taylor Swift is giving a concert next week.
Ajax is playing tomorrow.

Slide 4 - Tekstslide

future met will

Wanneer gebruik je de future met will?
A
Als je een voorspelling maakt zonder bewijs.
B
Als je het hebt over alles in de toekomst.
C
Als je iets aanbiedt, bij beloftes, aankondigingen en besluiten.
D
Als je een voorspelling maakt met bewijs.

Slide 5 - Quizvraag

Future tense: Will

Wat is de vorm?
A
I / you / we / they = ww He / she / it = ww + s
B
am / is / are (not) + hele werkwoord + ing
C
Am / is / are + going to + hele werkwoord
D
Will of won't + hele werkwoord

Slide 6 - Quizvraag

Fill in the correct form of the 'will' future:

You've dropped your pen! I ............. pick it up for you.
A
Am going to
B
Will to
C
Will
D
Am

Slide 7 - Quizvraag

Future met will

In 2050 there ________ flying cars
A
will being
B
will not being
C
will be

Slide 8 - Quizvraag

future met will

....... I call your tomorrow?

A
Will
B
Shall

Slide 9 - Quizvraag

To be going to
I____fix it today
A
is going not to
B
is going to not
C
am going to
D
am to not going

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer gebruik je to be going to?
A
Een voorspelling met bewijs
B
Plan dat zeker doorgaat
C
(Spontaan) besluit
D
Belofte

Slide 11 - Quizvraag

To be going to
I'm____fix it today
A
going not to
B
going to not
C
not going to
D
to not going

Slide 12 - Quizvraag

Kies to be going to or will:
I think it ... rain. Look at those dark clouds
A
will
B
is going to

Slide 13 - Quizvraag

I_______ (to be going to) watch TV.
A
am going to
B
is going to
C
are going to

Slide 14 - Quizvraag

Met welk woord kan je de zin compleet maken in de tense present simple future?

The train ....... at 11 am.
A
Left
B
is leaving
C
leaves
D
has left

Slide 15 - Quizvraag

Complete the sentence with the present simple future:
The shop ............ at 9 o'clock.
A
Opened
B
Is opening
C
Will open
D
Opens

Slide 16 - Quizvraag

Complete the sentence with the present simple future:
Hurry up! The train ............. at four pm.
A
Left
B
Is leaving
C
Leaves
D
Will leave

Slide 17 - Quizvraag

Wanneer gebruik je de present simple future?
A
Om te praten over vaste schema's en roosters
B
Om te praten over iets wat gepland staat
C
Om te praten over het verleden

Slide 18 - Quizvraag

Will / Going to / Present simple future?

The sun _______ tonight at 8:47.
A
sets
B
will set
C
is going to set
D
won't set

Slide 19 - Quizvraag