Les 4, kleuren

Lesplan

• Terugkijken vorige les
• Leerdoelen
•  Kleurentheorie
• Contrast
• Seizoenskleuren

Prijsbordje

Prijssticker

Prijskaartje

Je maakt een boeket voor een klant. Hierin gaan 6 rozen (1,00 per stuk), 4 lely's (0,60 per stuk) en een bosje pompelblad (2,50 per stuk). Hoeveel kost dit boeket?

De toets komt eraan!

Let op! 

Volgende week is de eerste toets!

Voor deze toets leer je:

• Les 1 t/m 4 van je online boek
• Je begrippen

Kleurtheorie

Kleuren zijn aantrekkelijk voor mensen

In de bloemenwinkel sorteer je op:

•  hoogte
• soort
• kleur

De kleurencirkel van Ittel

• Primaire kleuren: Rood, blauw & geel
  

Als je deze combineert krijg je de:

• Secundaire kleuren: 
• Rood + geel = oranje
• Blauw + geel = groen
• Blauw + rood = paars

Combineer je deze weer dan krijg je:

• Tertiaire kleuren

Kleurencirkel

Contrast

= kleuren die tegenover elkaar staan & elkaar versterken

Voorbeeld:

• Groen & rood
• Geel & paars
• Oranje & blauw

De kleur gaat dan meer opvallen

Wil je minder opvallen en meer rust? 

Dan gebruik je ton sur ton. 

Voorbeeld:

• Dezelfde kleur maar dan lichter
• Dezelfde kleur maar dan donkerder

Tertiair

Secundair

Primair

warme en koude kleuren

Warme kleuren: kleuren die voor je gevoel naar voren komen

Voorbeeld:

• Geel
• Oranje

Koude kleuren lijkt juist van je af te gaan

Voorbeeld:

• Blauw
• Groen

Seizoenskleuren

Per seizoen hebben we verschillende kleuren die klanten graag willen hebben.

Voorjaar =  Geel of wit

Zomer  = Roze, wit, rood, geel of oranje

Herfst = oranje tinten

Kerst = dennengroen en rode accenten

Geef een voorbeeld van een warme kleur

Welke kleuren kopen mensen veel met kerst?

Begrippen

• Kleurencirkel van Ittel
• Contrast
•  Ton sur ton
• Warme kleuren
• Koude kleuren
• Seizoenskleuren

Aan de slag!

• Maak les 3 van je online boek
• Schrijf op wat de begrippen betekenen

Klaar? laat het zien!