Ik weet wat het verschil is tussen noodhulp en structurele hulp.
Ik weet hoe je met fairtrade de mensen in ontwikkelingslanden helpt
Slide 5 - Tekstslide
H7.4 Eerlijk zullen we alles delen?
Slide 6 - Tekstslide
Ontwikkelingslanden
Wat zijn dat?
Slide 7 - Tekstslide
Ontwikkelingslanden
Landen waar:
veel armoede,
een slechte gezondheidszorg
en weinig onderwijs is.
Andere kenmerken die daarmee te maken hebben: ondervoeding, kindersterfte, analfabetisme, kinderarbeid.
Slide 8 - Tekstslide
ontwikkelingssamenwerking
Slide 9 - Tekstslide
ontwikkelingssamenwerking
Rijke landen proberen samen met ontwikkelingslanden de welvaart in die landen te vergroten.
Slide 10 - Tekstslide
Noodhulp en structurele hulp
In noodsituaties, zoals bij natuurrampen of hongersnood, hebben mensen meteen hulp nodig. Ze moeten eten en goed drinkwater hebben, onderdak en medische hulp. Dit noem je noodhulp.
Op de lange termijn is er meer nodig. Hulp om economisch zelfstandig te worden, noem je structurele hulp.
Slide 11 - Tekstslide
Fairtrade
Wat is dat?
Slide 12 - Tekstslide
Fairtrade
Fairtrade betekent letterlijk: ‘eerlijke handel’. We bedoelen ermee dat boeren en andere producenten in ontwikkelingslanden een betere prijs voor hun producten krijgen.
Als jij in de supermarkt producten met het fairtrade keurmerk koopt, doe jij ook aan ontwikkelingssamenwerking!