2HV_§8.1_Geluid maken en horen

§8.1 Geluid horen en maken
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§8.1 Geluid horen en maken

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
8.1.1 Je kunt een aantal voorbeelden noemen van geluidsbronnen.
8.1.2 Je kunt uitleggen hoe het geluid van een geluidsbron zich verspreidt tot je oren
het geluid horen.
8.1.3 Je kunt beschrijven wat een tussenstof is.
8.1.4 Je kunt de geluidssnelheid in lucht van 20 °C noemen.
8.1.5 Je kunt berekeningen maken met de geluidssnelheid in verschillende tussenstoffen.

Slide 2 - Tekstslide

3

Slide 3 - Video

02:36
Geluid wordt veroorzaakt door trillingen. Wat trilt er:
a) in een akoestische gitaar waarop wordt gespeeld?
b) in een luidspreker als daar muziek uit komt?
c) in je keel als je aan het praten of zingen bent?

Slide 4 - Open vraag

04:40
Een luidspreker is een voorbeeld van een geluidsbron.
a) Wat ontstaan er in de lucht, als de conus begint te trillen?
b) Hoe verplaatst het geluid zich van de luidspreker naar je oren?
c) Welk deel van je oor gaat trillen als het geluid daar aankomt?

Slide 5 - Open vraag

08:55
In films zie je soms dat iemand zijn oor op de rails legt om een trein al van ver te horen aankomen. Een rails is gemaakt van staal. De geluidsnelheid door staal is 5100 m/s. Een trein bevindt zich op 3,0 km afstand van de persoon die met zijn oor op de rails ligt. Bereken hoelang het geluid van de trein erover doet om die persoon te bereiken.

Slide 6 - Open vraag

Weektaak
Opdrachten 3 t/m 11

Slide 7 - Tekstslide

Noem drie voorbeelden van geluidsbronnen.

Slide 8 - Open vraag

Leg uit hoe het geluid van een geluidsbron zich verspreidt tot je oren
het geluid horen.

Slide 9 - Open vraag

Beschrijf wat een tussenstof is.

Slide 10 - Open vraag

Noem de geluidssnelheid in lucht van 20 °C.

Slide 11 - Open vraag