T2 Ecologie

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Dit is een piramide van ...

1. aantallen
2. biomassa

Piramide van aantallen
  

Welke piramide hoort bij de keten

1 Bamboeplant -> 1000 bladluizen -> 750 lieveheersbeestje?

1. piramide A
2. piramide B
3. piramide C
4. piramide D

Wat zit altijd in laag S van een piramide?

1. Planteneter
2. Vleeseter
3. Planten
4. Reducenten

De pijlen in een voedselketen/-web betekenen.......

1. "heeft gegeten"
2. "gaat eten"
3. "eet"
4. "wordt gegeten door"

Heeft een piramide van aantallen altijd een piramide vorm? Waarom

1. Ja, want het geeft altijd de schakels in de juiste volgorde weer
2. Ja, want het aantal individuen in elke schakel wordt altijd kleiner
3. Nee, want het aantal individuen kan groter zijn in de volgende schakel
4. Nee, want de schakels van een voedselketen kunnen soms in een andere volgorde staan

In een piramide van biomassa wordt de biomassa in elke volgende schakel groter.

1. juist
2. onjuist

Welke piramide is de piramide van biomassa?

1. P
2. Q
3. R
4. S

Welke piramide heeft altijd een echte piramide vorm?

1. De piramide van aantallen
2. De piramide van biomassa

In de sloot kun je de volgende voedselketen vinden:
alg --> watervlooi --> baars --> reiger

In de afbeelding is de voedselketen van hierboven weergeven in een piramide van biomassa.

Welke organisme uit de voedselketen worden aangegeven met de laag S?

1. reigers
2. watervlooien
3. baarsen
4. algen

De 'piramide' hiernaast is een piramide van...

1. Aantallen
2. Biomassa / energie
3. Dat kan je niet zeggen
4. Zowel aantallen als biomassa

Bij de afbraak van stalmest door reducenten (bacteriën en schimmels) komen mineralen vrij.

1. juist
2. onjuist

Er zijn verschillende manieren waarop dieren warmte kwijt raken.

Welke aanpassing heeft de olifant om af te koelen?

1. Grote oren
2. Zomervacht
3. Luchtstroom
4. Dikke vetlaag

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?

1. Grote, platte bladeren
2. Kleine, dikke bladeren
3. een klein wortelstelsel
4. een groot wortelstelsel

Bij paardenbloemen sterven bovengrondse delen af in de winter.
Waar is dit een voorbeeld van?

1. aanpassing van plant aan het licht
2. aanpassing van plant aan de temperatuur
3. aanpassing van plant aan water

Wat is geen aanpassing voor planten om fotosynthese uit te kunnen voeren?

1. waterplanten groeien in de bovenste waterlaag
2. waterplanten hebben een wortel
3. Waterplanten hebben bladgroenkorrels

Deze plant klimt m.b.v. hechtwortels langs andere planten omhoog, naar het licht. De planten hebben deze aanpassingen om omhoog te klimmen, om zo voldoende zonlicht te krijgen voor de fotosynthese.

1. Klimop
2. Voorjaarsbloeier
3. Planten met wortelrozetten

Planten hebben aanpassingen aan een lagere temperatuur in de winter.

1. Grote, platte bladeren;
2. Bovengrondse delen kunnen afsterven in de herfst
3. Soms wateropslag in een stengel

De lepelplant is een populaire kamerplant. Deze plant komt oorspronkelijk uit een vochtig milieu.
Welke aanpassing heeft deze plant

1. grote platte bladeren en een groot wortelstelsel
2. grote platte bladeren en een klein wortelstelsel
3. klein dikke bladeren en een klein wortelstelsel
4. klein dikke bladeren en een groot wortelstelsel

Wat is geen aanpassing van een plant aan een droge omgeving?

1. weinig bladeren
2. dunne bladeren
3. behaarde bladeren
4. bladeren met een waslaag erover

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?
(twee antwoorden zijn goed)

1. Grote, platte bladeren
2. Kleine, dikke bladeren
3. een klein wortelstelsel
4. een groot wortelstelsel

In een weiland bestaat een bepaalde voedselketen uit de volgende organismen:
gras --> sprinkhaan --> koekoek --> havik
Deze voedselketen wordt weergegeven in een piramide van biomassa. In welke piramide is de piramide van biomassa op de juiste manier getekend?

1. P
2. Q
3. R
4. S

Door ontbossing neemt de hoeveelheid .... in de lucht toe

1. Zuurstof
2. Koolstofioxide
3. Water
4. Regen

Waar verwacht je een piramide van aantallen die GEEN piramide vorm heeft?

1. Bos
2. Weiland

Wat betekent het woord 'Ecologie'?

1. De leer van de populaties van hun soorten
2. De leer van de relaties tussen organismen en hun milieu
3. De wetenschap die Darwin heeft bestudeerd
4. De wetenschap die de grondslag van de fotosynthese bepaalt

Door bodembewerking wordt de bodem ook luchtiger, er komt meer lucht en dus meer zuurstof in de bodem. Waarom is dit goed voor de voedselproductie?

1. De zuurstof in de grond kan zo gebruikt worden door de plantenwortels om aan fotosynthese te doen.
2. De zuurstof kan worden opgenomen door de reducenten in de bodem die het stalmest afbreken.

In een levensgemeenschap leven populaties van verschillende soorten

1. juist
2. onjuist

Wat wordt er bedoelt met het begrip: 'biodiversiteit'

1. De variatie van alle planten in de natuur
2. De variatie van alle dieren in de natuur
3. De variatie van alle planten en alle dieren in de natuur.

Een boer wilt de opbrengst van zijn voedingsgewassen verhogen. Om dit voor elkaar te krijgen gebruikt de boer bestrijdingsmiddelen tegen bladluizen die van het voedingsgewas eten. Deze bladluizen worden gegeten door lieve heersbeestjes die op hun beurt worden gegeten door koolmezen. De koolmezen worden uiteindelijk gegeten door haviken. In welke organismen zal de hoogste concentratie bestrijdingsmiddel worden aangetroffen, in bladluizen, lieve heersbeestjes, koolmezen of haviken?

1. bladluizen
2. lieve heersbeestjes
3. koolmezen
4. haviken

Populaties maken deel uit van een ecosysteem.

1. juist
2. onjuist

Hoe heet de relatie tussen populaties van verschillende soorten ?

1. Niveau op individu
2. Populatie
3. Levensgemeenschap
4. Ecosysteem

In een ecosysteem komen meerdere populaties voor.

1. juist
2. onjuist