1: gesprekstechnieken 2: tijd over? Aan de slag met de opdracht
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Les 6: Gesprekstechnieken
1: gesprekstechnieken 2: tijd over? Aan de slag met de opdracht
Slide 1 - Tekstslide
Een gesprek optimaal laten verlopen Wat komt daarbij kijken?
Slide 2 - Woordweb
Gesprekstechnieken
''Gesprekstechniek is een wijze van communiceren, hetzij verbaal, hetzij op andere wijze, die bewust of onbewust toegepast wordt op professioneel gebied, zoals coaching, counseling of therapie''
Wikipedia
Slide 3 - Tekstslide
Gesprekstechnieken
Een gesprekstechniek is dus alles wat jij als professional inzet in een gesprek om het goed/beter/optimaal te laten verlopen.
Dit kan een gesprek zijn met je cliënt, een collega of met ouders/betrokkenen.
Slide 4 - Tekstslide
Goed gesprek is goed luisteren
Slide 5 - Tekstslide
Hoe kun je laten merken dat je actief luistert?
Slide 6 - Open vraag
Actief luisteren
Actief luisteren is niet alleen horen wat de ander zegt, maar ook proberen te begrijpen wat de ander zegt.
Door 'luistervaardigheden' zorg je ervoor dat de ander zijn verhaal kan doen
Dit kan je doen door middel van verbale of non verbale communicatie communicatie
Paul Watzlawick (Psycholoog) wist veel over communicatie. Van hem is de stelling ''Het is onmogelijk om niet te communiceren.''
Hiermee bedoelde hij dat je altijd communiceert, ook als je niks zegt of iemand met opzet negeert. Je communiceert dan ''Ik wil niet met jou praten''.
Slide 10 - Tekstslide
Welke soorten vragen ken je?
Slide 11 - Woordweb
Vragen stellen
Open vragen:
Je kunt open vragen ("Hoe ziet u...?") en gesloten vragen ("Bent u het eens met...?") stellen. Open vragen geven je gesprekspartner alle ruimte om te antwoorden.
Gesloten vragen:
Gesloten vragen leveren antwoorden op als 'ja' en 'nee'.
Slide 12 - Tekstslide
Soorten vragen
Open vragen (Wat heb je gisteren gedaan?)
Reflecterende vragen (Wat verwacht je ervan?)
Indirecte vragen (Ik zou willen weten of je mee gaat)
Gesloten vragen (Heb je een computer bij je?)
Suggestieve vragen (Dat vind jij toch ook niet leuk?)
Directe vragen (Ben je blij met je studiekeuze?)
Slide 13 - Tekstslide
Samenvatten
Samenvatten is een belangrijk onderdeel van een goed gesprek. Een ander woord voor samenvatten is parafraseren.
Met samenvatten check je of je het goed begrepen hebt.(''Klopt het dat je..''. ). Dit doe je ook om aannames en vooroordelen te voorkomen.