Thema 2 B2 Geslachtelijke voortplanting

Thema 2 

Voortplanting en seksualiteit

  



B2

Geslachtelijke voortplanting

1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 

Voortplanting en seksualiteit

  



B2

Geslachtelijke voortplanting

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma deel 2
  • Leerdoelen Basisstof 2 Geslachtelijke voortplanting (2m)
  • Uitleg B2 deel 1 Meiose, bevruchting, bloemen en plantenveredeling  (5m)
  • Zelfstandig opdracht 13 t/m 15 maken (max. 5m)
  • Uitleg B2 deel 2 Geslachtsorganen man en vrouw + tweelingen (10m)
  • Opdracht 16 t/m 22 maken (max. 10m)
  • Oefen de Flitskaarten en maak Test Jezelf als laatste

Eerder klaar? 
  • Neem context Leefwereld 'Ei, Eierlevendbarend of levendbarend' en maak  
    de bijbehorende opdrachten 23 t/m 25
  • Lesafsluiter B2 (5 minuten)

Slide 2 - Tekstslide

Eerst even mitose herhalen...
maak de volgende oefeningen en geef je percentages door

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Link

Wat was je procentuele score?

Slide 6 - Open vraag

Leerdoelen B2

2.1 Je kunt uitleggen hoe door meiose geslachtscellen worden gevormd en hoe de bevruchting verloopt.
  
2.2 Je kunt uitleggen hoe de geslachtelijke voortplanting bij planten met bloemen verloopt.

2.3 Je kunt de bouw, werking en functie van de voortplantingsorganen van de mens beschrijven.



Slide 7 - Tekstslide

Geslachtelijke (B2) of ongeslachtelijke voortplanting (B1)

  • Ongeslachtelijk: een deel van een individu groeit uit tot een nieuw

       individu



  • Geslachtelijke voortplanting: twee verschillende geslachten met ieder eigen set aan eigenschappen zijn nodig voor de voortplanting:

       - Nieuwe individu is een combinatie van beide ouders 
       - dus een nieuwe combinatie gevormd, dit zorgt voor variatie

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer voordelig?
  • Variatie is een voordeel als omstandigheden niet constant zijn. 

  • Geslachtelijke voortplanting kost tijd, zoeken van een partner, zwangerschap

  • Geslachtelijke voortplanting gebeurt met behulp van speciale geslachtscellengameten genoemd.

  • Ongeslachtelijke voortplanting levert snel veel nakomelingen op,  zijn identiek aan de ouder, ideaal bij gunstige omstandigheden

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer welke voortplanting?
  • Organismen die zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk kunnen voortplanten, kiezen voor ongeslachtelijke voortplanting als omstandigheden gunstig zijn en ze daardoor snel veel nakomelingen kunnen krijgen.

  • Ze kiezen voor geslachtelijke voortplanting als de omstandigheden ongunstig zijn, door de variatie is de overlevingskans van een nakomeling groter.

Slide 10 - Tekstslide

bevruchting
reductiedeling / meiose

Slide 11 - Tekstslide

Even samen een paar oefeningen 

over meiose

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Wat was je procentuele score bij de vorige oefentoets?

Slide 15 - Open vraag

Nog extra uitleg nodig over meiose?
Bekijk de volgende video...

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Geslachtelijke voortplanting planten

Slide 18 - Tekstslide

Model bloem
Bestuiving en bevruchting

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Plantenveredeling
Het kruisen van geselecteerde gewassen om nakomelingen met de beste kwaliteit of de meest gunstige eigenschappen te verkrijgen: dus veelvuldig selecteren op gewenste eigenschappen en deze gewassen kunstmatig verder met elkaar kruisen.

  • druiven zonder pit
  • minder bittere witlof
  • aardappels die minder vatbaar zijn voor schimmelziekten

Slide 21 - Tekstslide

Maak opdracht 13 t/m 15
timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Voortplantingsstelsel vrouw en eicellen
  • Eierstok produceert eicellen
  • Bij geboorte enkele miljoenen cellen waaruit eicellen kunnen ontwikkelen
  • In beginstadium meiose dus nog diploïd 
  • Eicel veel groter dan spermacel 
  • Eicel omgeven door blaasje, samen follikel
  • Elke 4 weken ontwikkelen enkele follikels zich verder, maar één follikel rijpt volledig
  • Eicel rondt meiose af in follikel
  • Maar één haploïde cel krijgt cytoplasma, andere cel niet (poollichaampje)
  • Pas bij binnendringen spermacel, wordt meiose II afgerond.
  • Bevruchting moet binnen 12-24 uur
BiNaS 86B

Slide 23 - Tekstslide

Uitwendige delen
  • Vulva: uitwendige delen vrouwelijk geslachtsorgaan
  •  Buitenste schaamlippen behaard
  • Binnenste schaamlippen gladde huidplooien met in de wand klieren die slijm produceren bij seksuele opwinding
  • Binnenste vaak groter dan de buitenste
  • Zwellichamen omgeven urinebuis / vagina
  • Behoren tot de clitoris (10cm lang)
  • Clitorishoed is gevoelig
  • Juiste prikkeling kan leiden tot orgasme

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Wat was je procentuele score?

Slide 26 - Open vraag

Nog extra uitleg nodig over het voortplantingsstelsel van de vrouw en eicellen?



Bekijk de volgende video...

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Voortplantingsstelsel man en spermacellen
  • Teelballen bevatten gekronkelde zaadbuisjes
  • Aan binnenkant liggen delende cellen, de spermacel-moedercellen (diploïd) 
  • Hieruit ontwikkelen zich haploïde dochtercellen, de spermacellen
  • Spermacellen komen in de bijballen terecht
  • Temperatuur balzak 2 graden lager dan buikholte
  • Penis bevat zwellichamen die zich kunnen vullen met bloed (erectie)
  • Bij orgasme, door prikkeling eikel, gaat de spermacellen via de zaadleider vanaf de bijballen naar de urinebuis
  • Zaadblaasjes en prostaat voegen vocht met eiwitten en energierijke stoffen toe aan spermacellen                  sperma 
  • Normaal 24 tot 48u, sommigen tot wel 5 dagen overleven
  • Spermacellen binnen 5 minuten dood buiten lichaam
BiNaS 86A

Slide 29 - Tekstslide

Bevruchting
  • 60-150 miljoen spermacellen komen bij een zaadlozing vrij
  • Slechts deel bereikt baarmoedermond en zwemmen door naar (één van) de eileiders
  • Eicel omgeven voedingscellen, een geleiachtige laag en een laag die de zona pellucida

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Wat was je procentuele score?

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Link

Wat was je procentuele score?

Slide 34 - Open vraag

Nog extra uitleg nodig over het voortplantingsstelsel van de man, spermacellen en bevruchting?



Bekijk de volgende video...

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Tweelingen
  • Eeneiige tweeling: versmelting van één eicel en één spermacel
  • Twee-eiige tweeling: versmelting van twee eicellen en twee spermacellen

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Maak nu opdracht 16 t/m 22
Klaar?
  • Oefen de Flitskaarten en Test Jezelf van B2

Klaar?
  • Neem de Context leefwereld 'Ei, eierlevendbarend of levendbarend' door en maak de opdrachten 23 t/m 25

Slide 39 - Tekstslide

Lesafsluiter B2
2.1.1 Je kunt beschrijven op welke manieren er door ongeslachtelijke voortplanting nakomelingen ontstaan die genetisch identiek zijn aan de ouder


2.1.2 Je kunt het verloop van de celcyclus beschrijven en de verschillende fasen benoemen

Slide 40 - Tekstslide

Geslachtelijke (staan) of ongeslachtelijke (zitten) voortplanting?
1. De helft krijgt geen nakomelingen
2. De nakomelingen hebben dezelfde eigenschappen als de ouder
3. Nakomelingen stellen dezelfde eisen aan de omgeving, dus veel concurrentie
4. Ziekte treft niet alle nakomelingen
5. Grotere kans dat nakomelingen in andere omgeving kunnen overleven
6. Geen bevruchting nodig
7. Ziekte treft alle nakomelingen door ontbreken van variatie
8. Geen tijd nodig om ander individu te zoeken voor voortplanting
9. Er vindt recombinatie plaats, waardoor variatie ontstaat
10. Geen aparte geslachtscellen nodig
11. Voortplanten kost minder energie: geen partner nodig
12. Twee individuen moeten elkaar ontmoeten en willen paren
13. Voor voortplanting zijn speciale cellen nodig: voortplantingscellen 

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Link

Wat was je procentuele score bij de vorige oefentoets?

Slide 43 - Open vraag