Oefenen 11, 12, 13, 26 en 27

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 1

Oefenen 

Oefenen voor SO

Deze les...

- Lesdoelen doornemen

- Toetsstof oefenen (op papier)

- Vragen stellen over de toets

Lesdoelen

- Ik weet wat ik moet leren voor de toets van morgen.

- Ik weet hoe ik kan leren voor de toets van morgen.

- Ik ben goed voorbereid op de toets van morgen.

Oefenen

Pak je schrift en een pen,

we gaan oefenen!

Les 11 & 12: Meervoudsvormen

Noteer de meervoudsvormen:

1.  boot                                                6.   knie

2. pizza                                               7.    dvd

3. druif                                                8.   havik

4. schip                                              9.   milieu

5. baby                                                10. groente

Les 11 & 12: Meervoudsvormen

Noteer de meervoudsvormen:

1.  boot       - boten                          6.   knie         - knieën

2. pizza      - pizza's                        7.    dvd          - dvd's

3. druif       - druiven                      8.   havik       - haviken

4. schip      - schepen                   9.   milieu     - milieus

5. baby       - baby's                       10. groente  - groenten / groentes

Vragen?

Heb je vragen over de spelling van de meervoudsvormen?

Les 13: Hoofdletters

Neem de zinnen over en plaats hoofdletters:

1. je bent vrij om te geloven in god, boeddha of allah.

2. 's avonds laat het internetgebruik een piek zien.

3. met pinksteren gaan we naar het zuiden van het land.

Les 13: Hoofdletters

Neem de zinnen over en plaats hoofdletters:

1. Je bent vrij om te geloven in God, Boeddha of Allah.

2. 's Avonds laat het internetgebruik een piek zien.

3. Met Pinksteren gaan we naar het zuiden van het land.

Vragen?

Heb je vragen over het gebruik van hoofdletters?

Les 26: Pv tegenwoordige tijd

Noteer de juiste persoonsvormen:

1. Suzie (missen) de trein als ze niet opschiet.

2. Je (raden) nooit wie ik net tegenkwam!

3. Josh (respecteren) de uitspraak van de scheidsrechter.

4. Mijn huid (verbranden) in de felle zon.

5. Oma Visser (breien) voor al haar kleinkinderen een trui.

6. (Vinden) je deze opdrachten ook zo lastig?

Les 26: Pv tegenwoordige tijd

Noteer de juiste persoonsvormen:

1. Suzie mist de trein als ze niet opschiet.

2. Je raadt nooit wie ik net tegenkwam!

3. Josh respecteert de uitspraak van de scheidsrechter.

4. Mijn huid verbrandt in de felle zon.

5. Oma Visser breit voor al haar kleinkinderen een trui.

6. Vind je deze opdrachten ook zo lastig?

Vragen?

Heb je vragen over de spelling van de persoonsvorm tegenwoordige tijd?

Les 27: Pv verleden tijd

Noteer de juiste persoonsvormen:

1.  Sil (worden) ervan verdacht gespiekt te hebben.

2. De ouders (loten) om te bepalen wie moest rijden.

3. Wij (durven) erop te vertrouwen dat het goed kwam.

4. Op vakantie (eten) Mila en Leoni elke dag pizza.

5. Finn (besteden) veel aandacht aan zijn kapsel.

6. De explosie (veroorzaken) veel schade. 

Les 27: Pv verleden tijd

Noteer de juiste persoonsvormen:

1.  Sil werd ervan verdacht gespiekt te hebben.

2. De ouders lootten om te bepalen wie moest rijden.

3. Wij durfden erop te vertrouwen dat het goed kwam.

4. Op vakantie aten Mila en Leoni elke dag pizza.

5. Finn besteedde veel aandacht aan zijn kapsel.

6. De explosie veroorzaakte veel schade. 

Vragen?

Heb je vragen over de spelling van de persoonsvorm 

verleden tijd?