Organismen uit vier rijken

Organismen uit vier rijken
Samenvatting
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Organismen uit vier rijken
Samenvatting

Slide 1 - Tekstslide

1.1 Organismen indelen
Een organismen is een levend wezen
Zes levenskenmerken:                   



Vier rijken: 




Voeden
Groeien
Ademen
Uitscheiding
Reageren (op prikkels)
voorplanten

Plantenrijk,
Dierenrijk
Schimmelrijk
Bacterierijk

Slide 2 - Tekstslide

1.2 Plantenrijk
Planten hebben vier organen:

  • Wortel
  • Stengel
  • Bladeren
  • bloemen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1.3 Dierenrijk
Onderdelen van een dierlijke cel:


 


Stevigheid van dieren:

  • Celmembraan
  • Cytoplasma
  • celkern

  • Dieren cellen hebben geen celwand
  • Gewervelde dieren hebben een inwendig skelet
  • Geleedpotigen en weekdieren een uitwendige skelet

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Schimmelrijk

Slide 8 - Tekstslide

Schimmelcel

Slide 9 - Tekstslide

Bacterie
  • Bestaat uit één cel
  • Planten zicht voort door celdeling
  • Sommige hebben aan de buitenkant van de cel lange zweepharen of korte trilharen (voor bewegen)

Slide 10 - Tekstslide

Voedsel en vermeerderen van schimmels en bacteriën 
Leven van voedingsstoffen uit afval of resten van andere organismen
Breken voedingsstoffen af tot water, koolstofdioxide en mineralen




Schimmels -> vormen sporen
Bacteriën -> doen aan celdeling


Temperatuur
Hoeveelheid water
Hoeveelheid zuurstof
Hoeveelheid voedingsstoffen
Hoeveelheid zuur

Slide 11 - Tekstslide

1.5 Voedselkringloop
Fotosynthese: proces waarbij planten de energierijke stof GLUCOSE aanmaken








Uit glucose en mineralen maken planten zetmeel, eiwitten en vetten

Slide 12 - Tekstslide

Voedselketen

Slide 13 - Tekstslide

De vier rijken: Plantenrijk,
dierenrijk, schimmelrijk, ....
A
Bactierierijk
B
Virusrijk
C
Macrorijk
D
Eencellige

Slide 14 - Quizvraag

Het dierenrijk heeft 8 groepen. Welke hiervan is er geen?
A
geleedpotigen
B
Stekelhuidigen
C
wormen
D
vogels

Slide 15 - Quizvraag

De gewervelden zijn verdeeld in 5 groepen. Welke van onderstaande is daar geen groep van?
A
vissen
B
zoogdieren
C
vogels
D
insecten

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een orgaan?
A
Stroperig vloeistof in de cel
B
Een deel van een organismen met een eigen taak
C
De kleinste bouwsteen
D
Een deel van je lichaam

Slide 17 - Quizvraag

Noem een onderdeel van een plantencel dat een dierencel niet heeft.
A
Celmembraan
B
Celkern
C
Cytoplasma
D
Celwand

Slide 18 - Quizvraag

Planten hebben een celwand, wat stevigheid biedt. Wat zorgt er voor dat dieren ook stevig zijn?
A
Veel meer cellen die dichter op elkaar zitten
B
"Volle" cellen
C
Spieren
D
Een skelet

Slide 19 - Quizvraag

Welke organen heeft een plant?
A
wortels, vaten, stengel, bladeren
B
wortels,stengel, bladeren,bloemen
C
wortels,stengel,bloemen
D
wortels,bladgroenkorrels, bloemen

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heet het stelsel schimmeldraden onder de grond?
A
Sporen
B
Paddenstoel
C
Zwamvlok

Slide 21 - Quizvraag

Wat hebben plantencellen wel wat schimmelcellen niet hebben?
A
Vacuole
B
Celkern
C
Celwand
D
Bladgroenkorrels

Slide 22 - Quizvraag

Wat is conserveren?
A
Een manier om voedsel te bewaren
B
Een manier hoe bacteriën en schimmels zich voortplanten
C
Een manier om voedsel te maken
D
Een manier om bacteriën en schimmels te doden

Slide 23 - Quizvraag

In een voedselkringloop heeft alles een rol. Wat is de rol van de planten?
A
Consumenten
B
Reducenten
C
Producenten

Slide 24 - Quizvraag

Hoe heeft het proces waarbij planten glucose aanmaken?

Slide 25 - Open vraag

Welke twee stoffen heeft een plant nodig voor de fotosynthese?

Slide 26 - Open vraag

Koolstofdioxide
Water
Zonlicht
Glucose
Zuurstof

Slide 27 - Sleepvraag