Voeding
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Eet je wel eens varkensvlees?
Ja
Nee
Soms
Slide 2 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
noem de 6 voedingsstoffen!
Slide 9 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
welke voedingsstoffen zijn bouwstoffen
A
Eiwitten
B
Groente
C
Vezels
D
Zuivel
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke voedingsstoffen worden als eerste gebruikt voor de verbranding
A
Vezels
B
Groente
C
Koolhydraten
D
Zuivelproducten
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Water is een?
A
beschermende stof
B
bouwstof
C
brandstof
D
mineraal
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
vitaminen zijn ?
A
brandstoffen en bouwstoffen
B
bouwstoffen en beschermende stoffen
C
fruit en Groentes
D
zuivelproducten en vezels
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Is volgens jouw het eten van rauw voedsel gezond? verklaar je antwoord.
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
De leerlingen krijgen vijf vragen/feiten over 1 onderwerp, persoon, begrip of gebeurtenis.
Van de vijf vragen moeten ze er tenminste drie goed hebben beantwoord.
Pythagoras was een Griekse wiskundige.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
A2+B2=C4
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Bij de stelling van Pythagoras is er altijd
één hoek van 90 graden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Om de stelling van Pythagoras te bewijzen, kun je gebruik maken van drie vierkanten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
