B H2 voorbereiding toets

paragraaf 1
Inkomen uit arbeid
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

paragraaf 1
Inkomen uit arbeid

Slide 1 - Tekstslide

De contributie voor de voetbalclub kost € 95 per jaar. Hoeveel is dat per week?
A
€ 1,79
B
€ 1,83
C
€ 7,30
D
€ 7,92

Slide 2 - Quizvraag

Fam. de Boer ontvangt € 197,51 kinderbijslag per kwartaal. Hoeveel is dit per jaar?
A
€ 592,53
B
€ 790,04

Slide 3 - Quizvraag

Maandsalaris van Karel is €2000,- Hoeveel vakantiegeld krijgt Karel in mei?

Slide 4 - Open vraag

paragraaf 2
Inkomen uit bezit

Slide 5 - Tekstslide

Noem 4 van de 5 inkomsten uit bezit.

Slide 6 - Open vraag

Begin september had je een saldo van € 150 op je rekening. Je kreeg € 20 zakgeld en € 10 van je oma. Je gaf € 5 uit in de kantine en € 185 aan een nieuwe gamecomputer.
Wat was je saldo eind september?

Slide 7 - Open vraag

paragraaf 3
Aanvullende inkomsten

Slide 8 - Tekstslide

Noem twee maatregelen die de overheid geregeld heeft om tegemoet te komen in de kosten.

Slide 9 - Open vraag

Je bekijkt van enkele bedrijven de aandelen. Van welke bedrijven zijn de aandelen gedaald?
A
Ahold en Ajax
B
Ajax, KPN en Ahold
C
Ahold en ING Groep
D
Kpn en ING Groep

Slide 10 - Quizvraag

Stel je hebt op maandag €1000 euro aandelen gekocht bij KPN. Hoeveel zijn je aandelen dan waard op vrijdag?
A
992
B
1080
C
920
D
1008

Slide 11 - Quizvraag

paragraaf 4
Geld telt

Slide 12 - Tekstslide

Stel: jij hebt 9000 euro op de bank staan.
De bank geeft je 2,3 % per jaar. Hoeveel rente ontvang jij dan maandelijks van de bank?

Slide 13 - Open vraag

Jelte krijgt 1,5% rente over zijn spaargeld. Op 1 januari bedroeg zijn spaargeld €1.500. Hoeveel stond er op 31 december op zijn rekening?
A
€1.725
B
€1.650
C
€1.522,5
D
€1.522,50

Slide 14 - Quizvraag

paragraaf 5
Bankieren

Slide 15 - Tekstslide

Er staat €500 op je spaarrekening. Je ontvangt hierover 2,8% rente. Hoeveel rente is dit?
A
€518
B
€18
C
€514
D
€14

Slide 16 - Quizvraag

Er staat €890 euro op je spaarrekening je ontvangt 1,6% rente. Hoeveel rente is dit?
A
€34,24
B
€14,24
C
€24,24
D
€44,24

Slide 17 - Quizvraag

Nog vragen?

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag
Alles nakijken
Rekentrainers maken
Examentrainer Hoofdstuk 2

Slide 19 - Tekstslide