Schrijfvaardigheid 3T

Schrijfvaardigheid
Stap voor stap je eigen tekst schrijven
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchrijfvaardigheidSpeciaal OnderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Schrijfvaardigheid
Stap voor stap je eigen tekst schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw van de les
  • 5 minuten schakeltijd, hierna heb je je boek en een pen op je tafel en de telefoon in de telefoontas;
  • 15 minuten Pizzamaffia klassikaal lezen;
  • Instructie en aan de slag tot de pauze;
  • 5 minuten schakeltijd, hierna heb je je boek en een pen op je tafel en de telefoon in de telefoontas;
  • Zelfstandig werken en laten aftekenen wat je af hebt.

Slide 2 - Tekstslide

Verwachtingen deze les?

  • Je luistert aandachtig naar de uitleg;

  • Je gaat aan het werk wanneer dat wordt aangegeven;

  • Ik loop langs om je vragen te beantwoorden of je te helpen;

  • Als je klaar bent met een onderdeel, kom je naar me toe om het onderdeel te laten aftekenen;

Slide 3 - Tekstslide

Verder met de  schrijfopdracht over je hobby.
- Je hebt met behulp van het woordveld 3 deelonderwerpen genoteerd;
- Je hebt de inleiding, 3 alinea's van het middenstuk en het slot geschreven.
Op de volgende dia's zie je stap voor stap de uitleg bij wat je moet doen.
Nederlands 
4 december 2023
Geluidsniveau is fluisteren of stil
Ben je klaar met een onderdeel? Kom het laten zien om af te laten tekenen.
Check of je alle onderdelen hebt uitgewerkt op de manier die in deze LessonUp is uitgewerkt en of je alles hebt laten aftekenen.
Als je het nog niet af hebt is het huiswerk voor de volgende les.

Slide 4 - Tekstslide

Welk onderwerp heb je gekozen?

1. Maak je woordveld / woordspin met alles wat je kunt bedenken over je onderwerp;

2. Verdeel alles uit je woordveld/ -spin in 3 rijtjes van woorden die bij elkaar passen;

3. Bedenk nu bij elk rijtje een overkoepelend woord wat bij het onderwerp past, dit noem je een deelonderwerp.

Slide 5 - Tekstslide

Hoe kun je een inleiding schrijven?
Er zijn verschillende manieren om je inleiding te schrijven, zoals:
  • vertel over welk onderwerp je gaat schrijven;
  • noem de aanleiding voor het schrijven van je tekst;
  • begin met een of meer vragen aan de lezer over je onderwerp;
  • geef je mening over het onderwerp;
  • geef een voorbeeld waaruit het onderwerp blijkt.

Een inleiding mag tussen de 2 en 5 zinnen lang zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Deelonderwerp 1 - 2 - 3 schrijven
Nu moet je de 3 deelonderwerpen gaat uitschrijven in 3 alinea's.

Doe dit zo: Schrijf eerst in een 1 zin (de kernzin) wat het deelonderwerp is en wat je erover gaat schrijven. Voorbeeld van een kernzin: Binnen de Formule 1 wereld zijn er heel veel soorten coureurs, ik ga er een paar bespreken. 

Daarna ga je voorbeelden geven van of uitleg geven over die coureurs.  
Je herhaalt dit bij elk deelonderwerp.

Slide 7 - Tekstslide

Hoe kun je een slot schrijven?
Er zijn verschillende manieren om je slot te schrijven, zoals:
  • de hoofdgedachte van je tekst noemen;
  • een advies geven;
  • een conclusie trekken;
  • een korte samenvatting van de tekst geven;
  • een toekomstverwachting geven;
  • een vraag uit de inleiding beantwoorden.
Het slot mag tussen de 2 en 5 zinnen lang zijn.

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdgedachte
De hoofdgedachte van een tekst is in 1 zin waar je gehele tekst over gaat.
Meestal weet je pas aan het einde van het schrijven van je tekst wat je hoofdgedachte is.

Slide 9 - Tekstslide

Alinea's
  • Een alinea is een stukje tekst dat bij elkaar hoort.
  • Je herkent een alinea aan een witregel.
  • Als je een alinea schrijft, begin dan met een kernzin.
  • De rest van de alinea is een uitwerking van de kernzin of zijn voorbeelden.

Slide 10 - Tekstslide

Spelling / interpunctie / hoofdletters
  1. Voor spelling kun je heel veel filmpjes kijken voor uitleg over de werkwoordspelling TT en VT en VDW op www.jufmelis.nl of oefenen op www.cambiumned.nl

  2. Interpunctie: let dan op o.a. punt / komma / vraagteken / uitroepteken;

  3. Hoofdletters gebruik je in ieder geval aan het begin van de zin en bij namen en landen.

Slide 11 - Tekstslide

Wat moet je kennen en kunnen voor de toets?
  1. Je moet een woordveld kunnen maken;
  2. Je moet weten op welke manier je een inleiding kunt beginnen;
  3. Je moet in het middenstuk de deelonderwerpen uitwerken door te beginnen met een kernzin en daarna uitleg te geven of voorbeelden;
  4. Je moet weten op welke manier je een slot kunt schrijven.
  5. Je moet weten wat de hoofdgedachte is en wat een kernzin is.
  6. Je moet letten op spelling / interpunctie / hoofdletters
    Je kunt alles wat hierboven staat, terugvinden in deze LessonUp.

Slide 12 - Tekstslide