Domein Eigen Leefomgeving H7 informatief

Eigen leefomgeving: wat moet je kunnen? Aandachtspunten
  • De in Nederland voorkomende typen kusten beschrijven.
  • Beschrijven hoe zeestromingen, getijdenstroming en wind de Nederlandse kust als een
  • dynamisch systeem vormgeven.
  • Beschrijven hoe dynamische (zee)kusten veranderen als gevolg van zeespiegelstijging en/of menselijk ingrijpen.
  • Kenmerken van de stroomgebieden van Rijn en Maas beschrijven.
  • De invloed van het veranderende klimaat en menselijk ingrijpen op de waterafvoer van
  • Rijn en Maas beschrijven.
  • Overstromingsgevaar relateren aan ruimtelijke inrichting, zowel binnen- als buitendijks.
  • Beschrijven hoe in het IJsselmeer gebied en de Zuidwestelijke delta risico’s kunnenontstaan ten aanzien van overstromingen en wateroverlast.
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 55 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Eigen leefomgeving: wat moet je kunnen? Aandachtspunten
  • De in Nederland voorkomende typen kusten beschrijven.
  • Beschrijven hoe zeestromingen, getijdenstroming en wind de Nederlandse kust als een
  • dynamisch systeem vormgeven.
  • Beschrijven hoe dynamische (zee)kusten veranderen als gevolg van zeespiegelstijging en/of menselijk ingrijpen.
  • Kenmerken van de stroomgebieden van Rijn en Maas beschrijven.
  • De invloed van het veranderende klimaat en menselijk ingrijpen op de waterafvoer van
  • Rijn en Maas beschrijven.
  • Overstromingsgevaar relateren aan ruimtelijke inrichting, zowel binnen- als buitendijks.
  • Beschrijven hoe in het IJsselmeer gebied en de Zuidwestelijke delta risico’s kunnenontstaan ten aanzien van overstromingen en wateroverlast.

Slide 1 - Tekstslide

Eigen leefomgeving: wat moet je kunnen? Aandachtspunten
  •  In steden zijn sociaaleconomische vraagstukken zichtbaarder dan op het platteland.
  • De kenniseconomie en de creatieve economie spelen zich grotendeels af in steden.
  • Er vinden grote vernieuwingen plaats in steden, met name in stationsgebieden en oude haven- en industrieterreinen.
  • Stedelijke ontwikkeling vereist samenwerking over de grenzen van stad heen en samenwerking tussen bestuur, bedrijfsleven en burgers.
  • Stedelijke planning is complex onder andere als gevolg van de dynamiek in economie, politiek en wetenschap. Er spelen belangrijke vraagstukken rondom duurzaamheid, leefbaarheid en werken. Dit vraagt om gedachtevorming over de stad van de toekomst.

Slide 2 - Tekstslide

Stukje theorie

Slide 3 - Tekstslide

Lengteprofiel
Stroomstelsel:
  • Bovenloop
  • Middenloop
  • Benedenloop

Verval (hoogteverschil tussen twee punten in een rivier) en verhang (gemiddelde verval per kilometer)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

 ongetemde rivier

Slide 6 - Tekstslide

Dwarsprofiel: getemde rivier (met dijken)

Slide 7 - Tekstslide

Soorten rivieren
  1. Gletjserrivier
  2. Regenrivier
  3. Gemengde rivier

Slide 8 - Tekstslide

Vertragingstijd dus geen piekafvoer



afhankelijk van:
  1. vegetatie
  2. ondergrond
  3. invloed van de mens

Slide 9 - Tekstslide

Bescherming tegen het water
Constant aanpassing nodig.

1. Kribben: stroomsnelheid wordt hoger, diepte en sedimentatie 
worden vertraagd

Slide 10 - Tekstslide

Beschermingsmaatregelen
2. Dijkverzwaring: sedimentatie in winterbed, rivier hoogt zichzelf op.

3. Kanaliseren van de rivier:  stuwen, rechttrekken bochten -> bevaarbaarheid

Slide 11 - Tekstslide

Beschermingsmaatregelen
5. ophogen zomerdijk: meer agrarisch gebruik uiterwaarde, verkleining overstromingsgebied

6. Verstedelijking en verstening: afname vertragingstijd, kans op piekafvoer


Slide 12 - Tekstslide

Beschermingsmaatregelen
7. Noodoverloopgebieden

Slide 13 - Tekstslide

Klimaatverandering
als gevolg van versterkte broeikaseffect:

  • neerslag neemt toe
  • gletsjers zullen sneller smelten
  • vaker extreme weersituaties

Slide 14 - Tekstslide

Gevolg voor rivieren
  1. onregelmatiger regiem rivieren door onregelmatig neerslagregiem
  2. vaker verhoogde piekafvoer door afname waterbergend vermogen uiterwaarde
  3. moeilijkere afvoer rivieren door verhoogde zeespiegel, hogere waterstanden en verzilting

Slide 15 - Tekstslide

7.3 Rivierbeleid

Slide 16 - Tekstslide

Ruimte voor de rivier

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Drietrapsstrategie: doel om water vast te houden en te bergen zo veel mogelijk stroomopwaarts
1. Vasthouden (bijv. infiltratie)
2. Bergen (bijv. oppervlaktewater)
3. Afvoeren (noodoverloopgebieden aanwijzen)

Slide 19 - Tekstslide

Harde kust: dijken, waterkeringen zoals deltawerken, afsluitdijk en stormvloedkering

Zachte kust: duinen

Beschermen van NL tegen absolute zeespiegelstijging en relatieve zeespiegelstijging (i.c.m. bodemdaling)

Slide 20 - Tekstslide

Estuarium

Slide 21 - Tekstslide

Zeewerende dijk

Slide 22 - Tekstslide

Dreiging
  1. Zeespiegelstijging
  2. Bodemdaling (kanteling + inklinken)
  3. Combinatie van 1 en 2: relatieve zeespiegelstijging
  4. Klimaatverandering: instabiel weer -> meer stormen

Slide 23 - Tekstslide

Welke ruimtelijke processen spelen zich af in de stad?
  1. Concurrentie om de ruimte -> hoge grondprijzen -> uitstroom bedrijven
  2. Ontwikkeling verkeersknooppunten -> concurrentie oude binnenstad
  3. Hoogwaardigere voorzieningen -> grotere reikwijdte en verzorgingsgebied -> kleine centra halen drempelwaarde niet

Slide 24 - Tekstslide

Welke ruimtelijke processen spelen zich af in de stad?
  1. Concurrentie om de ruimte -> hoge grondprijzen -> uitstroom bedrijven
  2. Ontwikkeling verkeersknooppunten -> concurrentie oude binnenstad
  3. Hoogwaardigere voorzieningen -> grotere reikwijdte en verzorgingsgebied -> kleine centra halen drempelwaarde niet

Slide 25 - Tekstslide

knelpunten
  1. Congestie vermindert bereikbaarheid
  2. Stedelijke distributie wordt lastiger
  3. Afnemende aantrekkelijkheid binnenstad

Oplossen: alle belangen afwegen.
Van wie allemaal?

Slide 26 - Tekstslide

knelpunten in de stad
  1. Congestie vermindert bereikbaarheid
  2. Stedelijke distributie wordt lastiger
  3. Afnemende aantrekkelijkheid binnenstad

Oplossen: alle belangen afwegen.
Van wie allemaal?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Samenwerking op beleidsniveau

Slide 29 - Tekstslide

Samenwerking
  • Publiek-Private samenwerking
            - gemeente: algemeen belang
            - bedrijfsleven: commercieel belang
  • Regionale samenwerking (alle bestuurslagen)
            - wettelijk: stadsregio's
            - vrijwillig: bestuurlijke netwerken

Slide 30 - Tekstslide

Ontwikkeling van de stad

Slide 31 - Tekstslide

De stad als economisch centrum
Belangrijkste productiefactor huidige economie?

  • Kennis

Slide 32 - Tekstslide

De stad als economisch centrum
Belangrijkste productiefactor huidige economie?

  • Kennis
'Harde' technologische kennis: technische uitvindingen

Slide 33 - Tekstslide

De stad als economisch centrum
Belangrijkste productiefactor huidige economie?

  • Kennis
'Harde' technologische kennis: technische uitvindingen
'Zachte' sociale kennis: kennis van het gedrag van mensen

Slide 34 - Tekstslide

De stad als economisch centrum
Belangrijkste productiefactor huidige economie?

  • Kennis
'Harde' technologische kennis: technische uitvindingen
'Zachte' sociale kennis: kennis van het gedrag van mensen

Slide 35 - Tekstslide

Kenniseconomie- en creatieve economie
Kenniseconomie: economie waarin vooral nieuwe technologie en nieuwe producten worden bedacht

Grote kracht van steden = kennis delen via sociale en technologische kennis. 

Slide 36 - Tekstslide

Duale arbeids-markt
Kenniseconomie heeft 
voordelen en nadelen

Slide 37 - Tekstslide

Zakelijke creatieve dienstverlening
Kenmerken creatieve steden?
Groot aantal ICT'er en mensen in creatieve en hightech beroepen

Wie profiteren?
Hoog opgeleide werknemers

Welke gevolgen?
Duale arbeidsmarkt
Sociale ongelijkheid

Slide 38 - Tekstslide

Experimentele bedrijven zijn goed voor creatieve sector zijn belangrijk voor economie/
Waarom?

Slide 39 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken

Slide 40 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken
Waarom?

Slide 41 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken
Waarom?

Slide 42 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken
Waarom?
1. Creatieven wonen graag in steden en geven relatief veel geld uit aan stedelijke voorzieningen\

Slide 43 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken
Waarom?
Creatieven wonen graag in steden en geven relatief veel geld uit aan stedelijke voorzieningen


Slide 44 - Tekstslide

Steden willen creatieve sector aantrekken
Waarom?
Creatieven wonen graag in steden en geven relatief veel geld uit aan stedelijke voorzieningen


Slide 45 - Tekstslide

Hoe trekken steden de creatieve sector aan?


Slide 46 - Tekstslide

Hoe trekken steden de creatieve sector aan?




1. Scienceparks
2. Creatieve Bedrijven

Slide 47 - Tekstslide

Hoe trekken steden de creatieve sector aan?




1. Scienceparks
2. Creatieve Bedrijven

Slide 48 - Tekstslide

Creatieve bedrijven (broedplaatsen)

Slide 49 - Tekstslide

Sciencepark

Slide 50 - Tekstslide

Stedelijke voorzieningen
Science parks

Slide 51 - Tekstslide

Welke begrippen zijn langsgekomen?










  • kenniseconomie
  • creatieve stad
  • Experimentele bedrijven
  • duale arbeidsmarkt
  • sociale ongelijkheid

Elkaar bevragen:
Leg in eigen woorden uit waar het begrip voor staat.
Geef een duidelijk voorbeeld van dit begrip

Slide 52 - Tekstslide

Duurzame stad
Leefbare steden voor toekomstige generaties.

  • Groene energie
  • Recycling
  • Tegengaan lucht- en watervervuiling

Slide 53 - Tekstslide

Smart City

Slide 54 - Tekstslide

Maar is dit allemaal wel zo 'smart'?

Slide 55 - Tekstslide