1.2 De schoenenwinkel

1.2 De schoenenwinkel
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

1.2 De schoenenwinkel

Slide 1 - Tekstslide

Begrippen / doelen
-Afzet
-Omzet
-Inkoopwaarde van de verkopen
-Belasting toegevoegde waarde (btw)
-Winkelprijs / consumentenprijs
-Inclusief en exclusief btw

Slide 2 - Tekstslide

Afzet

Hoeveelheid verkochte producten.
Omzet

- Afzet x verkoopprijs
- Verkoopopbrengst

Slide 3 - Tekstslide

Inkoopwaarde
De te verkopen producten moet je eerst inkopen.
Het totaal van deze inkopen noem je de inkoopwaarde.
Berekening: inkoopwaarde = afzet x inkoopprijs

Slide 4 - Tekstslide

Consumentenprijs
verkoopprijs + btw = consumentenprijs

9% btw
21% btw

Slide 5 - Tekstslide

Kassabon
De BTW is 21%

Je betaalt hier € 1,73 
aan BTW (geen winst!)

Belasting
Toegevoegde Waarde

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht / samenvatting
Bedenk een bedrijf die je graag wilt starten. We gaan nu samen de paragraaf in korte steekwoorden samenvatten. Bewaar deze goed want we gaan hier mee verder. 

Slide 7 - Tekstslide

exclusief en inclusief
exclusief zit BTW erbij is 121 of 109%
exclusief zit btw er niet bij 100%

Slide 8 - Tekstslide

Inkoopwaarde =
A
alle producten die hebt ingekocht
B
alle producten die je hebt verkocht
C
Alle bedrijfskosten
D
Alle reclamekosten

Slide 9 - Quizvraag

Afzet is:
A
Omzet - brutowinst
B
Het geld dat je krijgt
C
Het aantal verkochte producten
D
Nettowinst - omzet

Slide 10 - Quizvraag

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 11 - Quizvraag

Hoe bereken je de Omzet?

Omzet=...
A
Afzet x Verkoopprijs
B
Verkoopprijs x Inkoopprijs
C
Afzet x Inkoopprijs
D
Kosten + Verkoopprijs

Slide 12 - Quizvraag

BTW is een afkorting.
BTW staat voor ...
A
belasting over de toenemende waarde
B
belasting tegen waarde
C
belasting toegevoegde winkel
D
belasting over de toegevoegde waarde

Slide 13 - Quizvraag